Op onze vraag over het woord
gewan kwamen vele antwoorden
binnen, uit vrijwel elke regio.
Het blijkt een dialectuitspraak
te zijn van het oorspronkelijke
woord "guano": meststof be
staande uit de verdroogde mest
en overblijfselen van zeevogels
die op onbewoonde eilanden en
klippen in de loop der eeuwen
tot dikke lagen is opeengehoopt
De beste zo ontstane kunstmest
is de Peruaanse guano.
De derde vraag luidde: wat vei
staat U onder n vleukje?
Sommigen meenden, dat hier een
vleugje bedoeld zou zijn 'n
vleugje wind,'n een vleugje
parfum)
Mevr.De Man- Geldof echter
schreef: n vleuk is de hou
ten zijkant van een damhek. Er
was een polderverordening, dat
aan de zijkanten van een damhek
vleuken moesten zitten vol
gens de informateur van Herkin-
gen. We vinden dit x woord niet
in de Van Dale wel in ons wooi
denboek, met tekening (blz.
1078
Vast damhek,aan weerszijden van
een draaihek, ook bekend op
Zuid—Beveland, maar vandaar
kwam geen reactie. Hoe noemt U
het?
Dan zitten we nog met de vraag
van P.J.Langeraad (Drs) over
het Zoogje en de fooi daaraan
verbonden.
Dierenarts A.Wagner was zo
vriendelijk hierbij enige toe
lichting te geven. In tegen
stelling tot bij de mens vinden
wij bij dieren, ook bij paarden
niet één blaas met vruchtwater,
maar twee. De vruchtwaterzak
die in de regel het eerst komt
en die ook het eerst "breekt"
is de waterblaas (latijn allan—
tois). Daarna volgt de pootjes-
blaas (amnion). In de allan—
toisvloeistof kan men bij paar
den één (soms meerdere) veu—
lenkoekjes,ook:veulenbroodjes
(hippomanes) aantreffen. Met
de beste wil van de wereld kun
nen we er geen betekenis aan
toekennen. Zelfs het ontstaan
is niet zeker. Waarschijnlijk
is een stukje al1antoisvlies
afgesnoerd, losgeraakt en (we
gens de steriele omgeving) niet
in ontbinding overgegaan. Het
lijkt het meest op een mensen
tong (voorste helft). Je kunt
ook zeggen op een weespermop
(zo groot is 't meestal ook).
Dus schijfvormig, rond ovaal,
een paar centimeter dik, 8 cm
lang en 5 breed (lengte en
breedte variëren) grauwgrijs
(beige, tot groengrijs), zacht,
een beetje elastisch en indruk
baar. Je kunt het met de vin
gers uit elkaar trekken. Het is
niet vies en het riekt niet.
In Zeeland spreekt men (v. Lan
geraad) van zoogje,z66gje of
zogje. Op Goeree—Overflakkee
hebben ze 't bij mijn weten
geen naam gegeven, Mevr.de Man-
Geldof hoorde het t gommetje
noemen in Herkingen. Het is
niet waar dat het veulen het
voorwerp inslikte of erop zoog
e.d. Het veulenkoekje ligt in
het vruchtwater en komt bij en
na de geboorte op het veulen
terecht, soms op het hoofdje,
een hoogst enkele keer vlakbij
de mond, maar meestal valt het
in het (rijkelijk voorhanden)
stro en gaat verloren. Het is
inderdaad zo, dat in vele stre
ken van ons land de knecht of
de zoon van de boer beloond
werd op vertoon van het zoogje.
Een geboorte bij paarden, meer
speciaal bij de heel grote die
ren- "Het Nederlandse Trekpaard"
blijft een spannend moment. Mo
ment Ja, 't kan héél snel gaan.
Vaak is helemaal geen hulp no
dig, maar toezicht is noodzaak,
zowel voor het veulen als in 't
belang van de moeder. Iemand
die het veulenkoekje te pakken
kreeg bewees dat hij op z'n
post geweest was. Vandaar de
bel s^ni ng
37