de zijn verslag over Tholen met "op 't ogenblik, dat we het fan tasierijke stadhuis bekeken, kwam er uit het dak een soort gekreun gevolgd door een veel betekenend geknars in de klok kentoren, waarop een nogal ge barsten, verward en valskiin— kend carillon een psalm begon te spelen, wat voldoende was ons op de vlucht te jagen". In 1887 klaagde de burgemees ter dat hij bijna dagelijks de klokkenist moest waarschuwen omdat de klok en het carillon stil stonden.De gemeente vroeg advies aan de Middelburgse bei aardier Frederik Klein. Met weinig geld is de zaak toen draaiend gemaakt. In 1902 werd de zaak opnieuw aangepakt Raadslid Moeiker zei in een raadsvergadering dat het pu bliek prijs stelde op het be houd van het carillon. Opnieuw werd in Middelburg advies ge vraagd, nu aan de bekende stadsbeiaardier J. Morks. De gemeenteraad zag echter op tegen de kosten. Uiteindelijk werd de knoop doorgehakt en is het carillon in 1904 hersteld. Het was hoog tijd, want een 600 kilo zware klok was met één ha merslag los. De restauratie werd uitgevoerd door het Amsterdams bedrijf op het ge bied van torenuurwerken en bei aard inrichtingen J. H. Addicks voor f 2.450, Een ingezonden stuk in de lei seksche en Thoolsche courant zegt dat er heel wat is verbe terd, het raderwerk was vei nieuwd en er waren nieuwe bus sen gemaakt met als gevolg dat de gewichten, die het uurwerk en de trommel aandreven, met 60 kilo kon worden verminderd, hetgeen voor de klokkenistdie het uurwerk dagelijks moest op winden bijzonder prettig was. De schrijver vond het minder plezierig dat 3 klokjes niet werden gebruikt. Ook wordt in dit stuk vermeld welke liedjes de Middelburgse stadsbeiaardier op de speeltrommel had gezet, namelijk Mignonette, een gavot te van List op het hele uur en op het halve uur Aus Liebe. Op het kwartier speelden Les de Corneville en Désire dArnore Het carillon na 1940. Vermoedelijk is het automa tische speelwerk bij het uit breken van de Tweede UJereldooi log stilgezetTen behoeve van de oorlogsindustrie die steeds meer metalen en ook klokken brons -een legering van 80% koper en 20% tin- nodig had zijn op last van de Duitsers in de bezette gebieden de klokken uit de torens verwijderd. Te Tholen gebeurde dit in 1943. Het was een oud gebruik dat door de strijdende partijen in de loop der eeuwen als een vol komen vanzelfsprekend recht werd gehanteerd, met dit ver se h i1 dat in de laatste we reldoorlog de kunstbescherm!ng veel in het werk heeft gesteld om in ieder geval de meest waardevolle klokken te behou den. Dat verreweg de meeste Thoolse klokken behouden ble ven is te danken aan het feit dat het schip met de beiaards van Zierikzee, Den Briel, St.— Maartensdijk en Tholen aan boord op het IJselmeer bij Urk is gezonken. Na de oorlog is het schip ge licht en konden de klokken aan de eigenaars worden teruggege ven. Ook de grootste kerkklok kwam terug. De twee andere kerkklokken die evenals de grootste klok in 1761 door Alexis Petrus Petit werden ge goten zijn verloren gegaan. Dit zelfde lot overkwam ook het klokje van Nicolaas Greve van 1726, dat 's morgens om 8 en 12 uur werd geluid en in het vie— 7

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1988 | | pagina 9