GUIDQ GEZELLE ALS DIALECTONDERZOEKER
door
drNBakker
Die titel heeft bij u misschien ver
wondering gewekt, want Gezelle is
toch die dichter van wie we vroeger
op school lazen, of zelfs uit het
hoofd moesten leren? U kent die ge
dichten, denk ik, wel:
Het Schrijverke, "dat krinklende
winklende waterding, met 't zwarte
kapoteken aan". Of: "Boer Naas, die
maar een boer en was, nochtans was
scherp van zin: hij ging en kocht
een zevenschot, en stak daar kogels
in". Veel, veel meer poezie heeft
Gezelle geschreven: gelegenheidsge
dichten voor bruiloft en begrafenis,
voor kerkelijke feesten en gedichten
over de natuur. Bijvoorbeeld uit
1882 de regels: "Hoe stille is't!
't En verwaait med al geen bladtje,
dat ons stooren zal". Of uit 1860:
"Kom 'e keer hier, fliefflodderke"
Maar vooral moet ik niet vergeten
zijn strikt persoonlijke, diepdoor-
voelde poezie. Ik denk aan het
veelbesproken Dien Avond en die
Roozewaarin de zinsnede "nooit
een uur zoo lief met u, zoo lang
zij duren koste" (1858).
En dan een jaar voor zijn dood,
in november 1898, het gedicht vol
verlangen naar het eind: Ego Flos,
dat begint: "Ik ben een blomme, en
bloeie voor uwe oogen".
Nu heb ik het over de dichter ge
had en ik zou praten over de dia
lectonderzoeker! Ik kom er aan met
een vraag aan u: hebt u een beetje
bekend gehoord in de regels die ik
heb uitgekozen? Dat kapoteken van
het watertorretje b.v.: zijn muts
je; het fliefflodderke vlinder;
de vormen blomme, kostebladt je
Boer Naas die kogels stak in zijn
geweer. Dat kan, want Gezelle was
een volbloed Westvlaming uit Brugge.
Het was ook niet onopzettelijk, maar
daarover later. Moeder en vader
Gezelle waren Westvlamingen van het
land, waar zijn vader hovenier en
landbouwer was. In 1829 waren ze
getrouwd en naar Brugge vertrokken:
vader had daar werk gekregen als
hovenier op het landgoed van zekere
graaf; daarnaast kon hij voor eigen
rekening bomen en planten kweken,
en nog wat vlashandel bedrijven.
't Ging de familie voorlopig niet
slecht
Op 1 mei 1830 werd Guido geboren.
Merkwaardige speling van de geschie-
nis: de latere voorvechter van het
Westvlaams werd geboren als Neder
lander. Vijf maanden later kwam de
splitsing van het Koninkrijk der
Verenigde Nederlanden, en kwam het
Koninkrijk Belgie tot stand.
In zijn eerste schooljaren kreeg
Gezelle nog te maken met "Holland
se" leermeesters en die hadden
helemaal niet zijn sympathie: hij
kon niet overweg met die school-
meestertaal. De tegenstelling tus
sen zijn eigen dialect en het boven-
Moerdijkse bleef hèm en talloze
andere Westvlamingen met hem dwars
zitten. De basis voor het besef van
het eigene was gelegd. De rol van
vader is ook belangrijk geweest: hij
was een taalbewuste, taalvaardige man,
vol verhalen en spreuken, die boven
dien op zijn zoon de liefde voor en
kennis van de natuur wist over te
dragen.
Gezelle had een goed verstand en
zijn ouders kregen de raad hem na de
lagere school te laten "voortleren".
Ja maar, de kosten: er waren inmid
dels drie kinderen bijgekomen.
Maar dank zij hulp van zijn peter,
de graafkon hij in Brugge naar wat
wij nu het VWO, of misschien de brug
klas, zouden noemen. Dat was in 1841;
hij was 11 jaar.
Ingrijpend was wat er in 1846 gebeur
de: iets wat misschien Gezelles dia
lectonderzoek in gang heeft gezet.
De economie van het land liep wanho
pig achteruit, vader Gezelle moest
sterk bezuinigen, de tweede zoon
19