'n Bitje butter in de koekepanne lae- te smelte, dan aomè in de panne doe, dan opwaerme, tot r 'n bruun kosje ankomt. Dan 'n scheel d'rop in 't 'êêle spul ommedraoje, win 'n klonte butter in de panne laete smelte in de koeke van 't scheel in de koeke panne laete hlieje in an d'andere kant bruun laete bakke VRAGENLIJSTEN Mogen we nog eens terugkomen op de invulling daarvan? De eerste stip peltjeskolom wordt nu door vrijwel iedere inzender duidelijk bij elke vraag van ja of nee voorzien, maar na het nee wordt in de tweede kolom niet altijd antwoord gegeven op de vraag: hoe anders? Welke andere vorm, welke andere woorden gebruikt u, om in uw dialect hetzelfde uit te druk ken? Vaak is bij nader mondeling on derzoek gebleken dat een informant, die meende een dergelijke vraag niet te kunnen beantwoorden - of het van geen belang achtte - ons niet alleen alle nodige inlichtingen heel goed kon verschaffen, maar ook begreep waarom we dat vroegen en het mede interessant ging vinden. Het komt maar zelden meer voor dat we een ingevulde lijst ontvangen zoals die deze week binnenkwam van een nieuwe inzender: leeftijd "oud", éénmaal "ja" en verder achter elke vraag "nee", plaatsnaam van het dialect dezelfde als die van een aantal getrouwe medewerkersdie veel vuldig "ja" invulden. Dan hebben we de indruk dat er ergens iets niet klopt. Omgekeerd kan het voorkomen dat - zoals dhr.M.A. Geuze (Ha) ons schrijft - uit de beantwoording van de vragenlijsten in Nehalennia (door mevr.Dr. Bakker verwerkt) blijkt, dat "anderen uit Ha woorden hebben ge noemd, die ik hier helemaal niet ken, (wat mij wel bevreemdt)". Dhr. Geuze heeft zijn hele leven op Ha gewoond, en zich al jaren met ons in zijn dia lect verdiept. Soms is in dergelijke gevallen bij nader onderzoek achter haald, dat zulke voor anderen onbe kende woorden of uitdrukkingen niet tot het plaatselijk dialect behoor den, maar alleen in bepaalde families werden gebruikt. Zo schrijft mevr. L. Wolters-Cevaal "Mijn geliefde grootmoeder (1866-1964) geboren in Oudedorp (gem. Nieuw en St.-Joosland)tracteerde ons altijd op lekkere banketkoekjes. Deze noemde zij Segoet, fonetisch uitgesproken. Nooit heb ik dit woord van anderen gehoord". Wij vragen ons af: een fa miliewoord? Wie kent het? Dhr. Rentmeester (Ovz) zendt ons de zegswijze: "Da's getroffen, Stoffel, m'n koeie dóód en m'n ooi (hooi) op". Dat betekent: dat komt goed uit. Het wordt b.v. gezegd als men juist genoeg koffie heeft om voor iedereen in te schenken. De inzender meent dat het oorspronkelijk tegen zekere Stof fel zo gezegd zal zijn. Hij schrijft dat de uitdrukking al jaren in zijn familie voorkomt. We ontvingen in de loop der jaren meer zulke voorbeelden, en houden ons er nog steeds voor aanbevolen. Soms dook vanuit heel andere hoek hetzelfde woord op, dan pas kwam het op de vragenlijst, en gingen we verder speuren. Heel jammer is het, als op een lijst de beide kolommen met zorg zijn ingevuld, en naam en adres van de inzender ontbreekt, en vooral als men vergat de plaats te noemen waar het dialect gesproken werd! En dat komt nogal eens voor helaas. We meenden deze keer weer extra belangstelling te moeten vra gen voor de Vragenlijst. Aansluitend nog een opmerking van dhr. A.J. Beenhakker, die schrijft n.a.v. het slotwoord van mevr. Bakker's vragenlijst-beantwoording (Neh. 72 blz. 47) over de voorge stelde afkorting Eil"Het Eiland ligt tussen St.-Kruis en Waterland kerkje, en niet in het Land van Hulst. Op het Groot Eiland bij Hulst staat maar één huis, dus dat zal geen eigen dialect hebben." Voor alle ze kerheid gingen we te rade bij ons bestuurslid voor Oost-Zeeuws-Vlaan- deren dhr. G. Sponselee, die het hier mee volkomen eens was. Hier was spra ke van een misverstand en we verzoe ken u dus het woord Eil niet in uw 45

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1989 | | pagina 47