del en verkeer, werken der duisternis (criminalteit)de 'breischole'de was enz. 'Geen spectaculaire dingen,' aldus de auteur, maar 'het reilen en zeilen op een klein dorp, waarbij een arbei dersgezin als één van de velen even naar voren werd gehaald'. Een klein voorbeeld van de soms anekdotische inhoud van het boekje, omtrent lang vervlogen vakantievreugd: 'Na de vakantie vroeg de meester eens om een opstel te maken over de vakan tie. Eén jongen had in één regel zijn vakantie beschreven. Op zijn lei stond: "Meester ik heb de vakantie met werken doorgebracht.'" Dat dit geen vakantiewerk in de moderne bete kenis van het woord betreft zal duide lijk zijn. Het was vaak heel de schoolvakantie werken geblazen, de schooljaren waren doorgaans niet al te talrijk en wanneer er geen vakan tie was werd er óók vaak verzuimd omdat er verdiend moest worden, hoe schamel ook. Geuzes grootvader begon zijn loopbaan 'zoals practisch elke arbeidersjongen in die tijd' als koeiewachter'een min baantje, zelfs in het woord koeiewachter zat al een zekere minachting. Men was blij, als er weer een jongere kracht beschik baar was en men mee naar 't land mocht, al viel dat ook niet mee.' Over de koeiewachtei'ij verhaalt ook de voormalige landarbeider M. Malle- kote in Een sikkel als souvenier (eindred. Frank de Klerk). De koeie wachter was actief van november tot eind december als het weer gunstig was, of zo lang er bietenvoer op het land was: om vijf uur uit je bed en 'naar school gaan was er voorlopig niet meer bij'. Mallekote, 84 jaar oud en wonend in het bejaardenhuis Poel- wijck te 's-Heer Arendskerke, toont over een ijzersterk geheugen te be schikken. De in 1906 in Heinkenszand geboren auteur laat moeiteloos ontel bare bijzonderheden opwellen over zijn jeugd en de werkzaamheden in de landbouw. Armoe troef ook in het arbeidersgezin waartoe hij behoorde. In het hoofdstukje 'De verhouding boer-arbeider' vertelt Mallekote hoe de rijke boeren eensgezind hun ar beiders eronder hielden; hier ver wacht de lezer op zijn minst een sneer of boutade aan het adres van de welgestelde landbouwers. Maar Mallekote blijft hier benauwend mak en legt zelfs met kennelijke waarde ring uit hoe een boer die iets vrien delijker was dan de meeste van zijn standgenoten 'op een rustige manier' duidelijk maakte dat zijn landarbei ders minder hard dienden te zingen, 'want heel de polder hoefde dat toch niet te horen'. Ook in het hoofdstuk je 'Het begin van het georganiseerd landarbeidersoverleg' wordt er be paald niet met de vaandels gezwaaid, maar, aldus Mallekote: 'Er was toch een begin gemaakt en dit zou niet te keren zijn.' Beide boekjes zijn verlucht met oude foto's: dorpsgezichten, portretten, werkzaamheden op het land en de boerderij. M. Mallekote maakte voorts een tekening van een 'hand-boomzaag- toestel'. De titels van beide publi caties bevatten een onbetekenende maar toch ontsierende spelfout: 'Zuid-Bevelands' en 'souvenier'. Ook wordt Mallekote in het boek soms als Mallekoote gespeld. Nehalennia in museum Goes Frank de Klerk,Deae Nehalenniae: monument uit de Schelde (uitgave Museum voor Zuid-' en Noord-Beveland, Goes 1991). Geen paginanummering, afbn. Prijs 10,-. Frank de Klerk, Deae Nehalenniae: Het raadsel van de opgeviste stenen en andere wetenswaardigheden (over de Romeinen) (uitgave Museum voor Zuid en Noord-Beveland, Goes 1991). 36 blz., afbn. Prijs 7,50. Vanaf 31 augustus t/m 19 oktober 1991 werd in het Museum voor Zuid en Noord-Beveland te Goes de tentoon stelling 'Deae Nehalenniae, monument uit de Schelde' over de 'Zeeuwse' inheems-Romeinse godin Nehalennia gehouden. Ter gelegenheid hiervan verschenen de bovenvermelde publi- 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1990 | | pagina 21