Alleen de namen van de ambachtsheren zijn
bekend uit de grafelijke rekeningen en er is
een vermelding van een kerkdienaar in het
jaar 1325 als 'Petrus dictus clerk in Bars
dorp'.
Een stap omhoog
De stichting van de heerlijkheid moet voor
Baarsdoip een vooruitgang zijn geweest. Nu
werd een kasteel gebouwd, mogelijk op een
reeds bestaande vluchtheuvel. Misschien
niet het slot met de zware torens, waarover
men schreef, maar waarschijnlijker een
houten verdedigingstoren zoals op de berg
van Troye bij Borssele gelegen moet heb
ben. Een luchtfoto van de topografische
dienst, die in april 1975 gemaakt werd in
verband met het herverkavelingsproject
Poel-Heinkenszand, laat duidelijk zien, dat
een van de bergjes bij Baarsdoip de juiste
vorm daarvoor heeft.
De aanwezigheid van het kasteel moet bij
gedragen hebben aan de groei van de neder
zetting. Baarsdorp werd hierdoor een veili
ger woonplaats en er kwam werkgelegen
heid en een gemakkelijk afzetgebied voor
de produkten van de bewoners.
De groeiende nederzetting zal spoedig be
hoefte aan een kerk hebben gehad. Mogelijk
eerst in de vorm van een eenvoudige houten
kapel, die in de eerste helft van de 14e
eeuw in steen opgetrokken werd.
Er kwam ook een windkorenmolen, die
volgens de rekening van rentmeester Vre-
deric van 1318 een nieuwe 'roede en asse
kreeg', waaruit afgeleid kan worden, dat
deze molen toen al geruime tijd had ge
draaid.
Baarsdorp ging de 14e eeuw in met de
nodige faciliteiten om een redelijk wel
varend dorp te worden.
De 14e eeuw
Of Baarsdorp in deze eeuw gegroeid is, is
niet bekend. De eerder genoemde vermel
ding in 1325 van een 'Petrus dictus Clerk in
Barsdorp' wijst er op, dat er een kerk was,
maar dit kon ook al uit de bouwstijl van het
kerkje afgeleid worden. In deze eeuw zijn
de heerlijkheden van Baarsdorp en Sinouts-
kerke samengevoegd. Baarsdorp moet toen
al een college van schout en schepenen
gehad hebben, want het gerecht van Baars
dorp is tot in de Franse tijd gescheiden van
Sinoutskerke gebleven, anders zou er een
gecombineerd gerecht geweest zijn. Over de
handelingen van het gerecht is helaas niets
bekend. Van het archief is niets ouder dan
1743 bewaard gebleven.
De 15e eeuw
Uit de rekeningen van de officiaal van de
aartsdiakens van de Utrechtse Dom, die
vóór de eerste wereldoorlog door Grijpink
bewerkt en uitgegeven zijn, blijkt, dat
Baarsdoip in het begin van de 15e eeuw een
zelfstandige parochie was. De kerk had een
altaar, gewijd aan Maria. Als het aantal
altaren in een kerk een graadmeter is voor
de grootte van het gebouw, is het interes
sant om te weten, dat 's-Heer Abtskerke
eveneens een Maria-altaar bezat en Sinouts
kerke twee altaren respectievelijk gewijd
aan Maria en Sint Pieter. De kerk van 's-
Heer Arendskerke was toen al veel belang
rijker, met niet minder dan zes altaren!
Het lijkt zeker, dat vanaf het begin van de
15e eeuw tot ca 1580 de kerk van Baars
doip normaal in gebruik was, omdat er
regelmatig geestelijken benoemd werden.
De 16e eeuw
Deze eeuw is iets rijker aan bronnen over
Baarsdoip, al is het nog niet voldoende om
conclusies te kunnen trekken over de bevol
kingsomvang. We moeten het geheel heb
ben van incidentele vermeldingen.
Rond 1530 werd er in Baarsdorp kermis
gehouden. We weten dit uit een notariële
akte, waarin Gillis lans Rose in 1605 ver
klaarde, dat hij tijdens de inundatie van
1530 in de parochie 's-Heer Arendskerke
gewoond had en een zekere Leijs Bouwens
goed gekend had, die in die tijd te Wicx-
dorp onder de parochie van Baarsdorp
woonde. Omdat de vrouw van Leijs Bou
wens familie van hem was, ging hij 'jaer-
licx in Baersdorp ter kermisse'
In 1570 werd in Baarsdoip nog de hoogmis
gelezen. In dat jaar werd een zekere Mi-
chiel Comelisse gearrresteerd, omdat hij bij
de schout van Baarsdorp had ingebroken.
Hij had ook op kerstdag 'onder de
hoochmisse' toen hij de beesten van de
zoon van de schout aan het veizorgen was,
bij Adriaen van Hulst ingebroken, waar hij
een kist openbrak en o.m. een doosje met
14 koningsdaalders gestolen had. Een erg
25