MEDEDELINGEN WERKGROEP HISTORIE EN ARCHEOLOGIE In memoriam Op 30 maart 1990 overleed na een moeilijke strijd, toch nog overwacht drs. J.L. Borghouts. Hij was jarenlang subconservator, sinds 1989 conservator van de verzameling fossiele zoogdier- resten van het Genootschap ("de bot- tencollectie")De hoofdwerkzaamheden van geoloog Borghouts lagen echter op geheel ander terrein. In overleg met de conservator van de archeologi sche voorwerpen inventariseerde hij met medewerking van enkele assisten ten op het Administratief Dienstencen trum Zeeland (kantoor Goes) op uiterst nauwkeurige wijze het omvangrijke "ar chief J.A. Hubregtse" (ca. 1910-1940) betreffende de "collectie Hubregtse" (o.a. munten, penningen, keramiek; in 1940 gelegateerd aan het Genoot schap) en de talloze aantekeningen en beschouwingen van Hubregtse over het Schouwse dialect. Helaas heeft Borghouts na zijn pensionering niet alle werkzaamheden vrijwillig kunnen afmaken, zoals het maken van ingangen op belangrijke wetenschappelijke ver zamelingen, handschriften met betrek king tot de Zeeuwse historie en ar cheologie van o.a. P.J. van der Feen, M.G.A. de Man, A. Meerkamp van Embden en J.M. de Nooyer (zie Ar chief KZGW1988; mededelingen van de conservator "archeologische voor werpen"). Door het overlijden van conservator Borghouts verliest het Genootschap een intelligente kracht waarvan nog heel veel verwacht mocht worden. J.A.T.B. Boekbespreking Schelde: themanummer Ballustrada 4 (1990)nr. 1. Prijs 5,50 in de boek handel; post-abonnement ƒ25,-. Redak- tie-adres: André van der Veeke, O- ranjestraat 24a, 4532 BS Terneuzen, tel. 01150-96760. Zeelands enige literaire periodiek Bal lustrada heeft haar vierde jaargang ingeluid met een themanummer over de Schelde, "de vuilste rivier van Europa". Dit nummer, met bijdragen van achttien auteurs en beeldende kunstenaars, bevat ook een artikel en een tweetal korte essays die zeker binnen de belangstellingssfeer vallen van de lezers van Nehalennia. K.J.J. Brand behandelt "De Honte of Westerschelde in historisch-geogra- fisch perspectief" (pp 5-9). Deze tekst valt een beetje uit de toon bij de an dere, meer speelse non-fictie bijdragen aan het themanummer. We kennen Brand van eerdere gedegen artikelen over historisch-geografische onderwer pen betreffende Zeeuws-Vlaanderen in o.a. het Zeeuws Tijdschrift en de Encyclopedie van Zeeland. Ook voor het Scheldenummer van Ballustrada leverde hij een compact stuk, boor devol informatie over de Schelde als Romeinse waterweg, overstromingen, bewoning langs de Schelde, de functie als scheepvaartweg naar Antwerpen enz.Isaac Faro haalt in "Schelde loopt met kromme swieren door Zeeland" (pp 17-20) herinneringen op aan de ramp (Kortgene) en beschouwt o.a. aan de hand van Smallegange op grillige wijze de even grillige Zeeuwse oeverlijnen. Kees Slager, voormalig Oosterschelde- activist, maakt zich in "De Schelde - een verdachte inspiratiebron" (pp 31- 33) zorgen over de politiek besmette heimat-mystiek die vooral door Zuid- Nederlanders opgehangen is aan de Schelde, de "Groot-Dietse rivier". Schrijvers als Bert Peleman, de Veerse NSB-burgemeester Martien Bever sluis, Wiens Moens en Cyriel Ver- schaeve hebben ervoor gezorgd dat hij niet meer onbevangen tegenover de Schelde kan staan. "Al mijn poë tische gedachten van vroeger slik ik haastig in als ik bedenk dat dit water de gedachten van Moens en Verschaeve met zich meedraagt," aldus Slager. 21

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1990 | | pagina 23