De gehuurde Engelse trekkermanschap- penwagen, die steeds gerepareerd moest worden, voldeed echter niet. Deze werd in 1949 teruggegeven. De gemeente liet toen op een Ford chas sis een andere bouwen met een inge bouwde watertank. een aantal jaren later voldeed de in 1940 gekochte motorspuit niet meer. Deze kon nog alleen door ingewijden worden gestart. Daarnaast maakte de smalle spoor breedte dit voertuig labiel. Een nieu we motorspuit werd eind 1958 door de firma Bikkers geleverd. Deze had een capaciteit van 2500 liter en een opvoerhoogte van 80 m. Tien jaar later schafte de gemeente Tholen een in geel gespoten Mercedes Benz materiaalwagen aan. Deze heeft in verband met de reorganisatie van de brandweer in de nieuwe gemeente Tholen niet lang te Tholen dienst ge daan. Na de opheffing van de vrijwil lige brandweren van Poortvliet, Oud- Vossemeer en Scherpenisse moest het korps te Tholen het grootste gebied bestrijken. Het had tot gevolg dat in mei 1975 een nieuwe Mercedes Benz autospuit werd geleverd die was uit gerust met een watertank (800 liter) en een hogedruk-spuitzodat er di- rekt overal water gegeven kon wor den. Hierachter werd de eveneens in 1975 geleverde tweewielige Siedler lagedruk-spuit gekoppeld met een capaciteit van 1600 liter per minuut. Het nieuwe voertuig met de roepnaam Bernard 6 was echter te groot voor de brandweerkazerne aan de Bebouw- dendam. Het duurde vele jaren voor dat de plaats van de nieuwe brand weerkazerne was bepaald. Intussen huurde men een garage aan de MolenvlietsestraatEind 1977 werd de nieuwe garage op de gedempte vest bij de Vossemeersepoort opgele verd en kon men voortaan vanaf de Ten Ankerweg uitrukken. Opleiding Na de oorlog besteedde men meer aan dacht aan de opleiding van het perso neel. In 1950 slaagden de eerste 7 man voor het examen brandwacht 2e klas. Alle 7 waren reeds voor 1936 bij de vrijwillige brandweer gekomen. Na een 35-jarige loopbaan neemt com mandant L.W. Blaas in 1951 afscheid. Hij werd opgevolgd door A.G. Engel vaart. Nadien waren dat S. van Dui- vendijk, A. van Dijk en M.C. van Stee. De huidige commandant is D. van Duivendijk. Ook de alarmering werd veranderd. Voor de invoering van de vrijwillige brandweer moest het uit meer dan 150 man bestaande personeel worden gealarmeerd door het luiden van de brandklok. Al in 1932 bleek dat deze wijze van alar mering veel nieuwsgierigen lokte. In 1945 besloot men dit luiden af te schaffen. Door het 'sneeuwbalsysteem' waarbij iedere brandweerman een an dere moest alarmeren werd men daar na opgeroepen. In 1950 plaatste men echter een sire ne op het stadhuis met alle gevolgen van dien. In het bijzonder de laatste jaren voor de invoering van het stil- alarm in 1980 zag men lange rijen auto's en fietsen achter de brand weerauto rijden. Zoals gezegd kreeg het personeel van de vrijwillige brandweer in de derti ger jaren leren jassen en helmen. Na de oorlog had men nog alleen de helmen en werd er voorrang gegeven aan de aankoop van blusmateriaal. Ter gelegenheid van de viering van het vijftienjarig bestaan in 1950 schafte de gemeente voor de brand meester en de elf manschappen een waterdicht brandweeruniform met jas, broek, koppel en baret aan. De com mandant kreeg een uniform van blauw laken. Nieuw waren ook twee perslucht-toe stellen, die bij sterke rookontwik keling worden gebruikt om met min der gevaar een woning binnen te gaan. Deze werden in 1963 geleverd. Andere helmen werden in 1967 aangeschaft en in 1969 kreeg het vrijwilligers korps de beschikking over een uit- gaanstenue met uniformpet. Van recente datum is de uitbreiding van de hulpverlening door de aan- 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1991 | | pagina 21