Onkruid De reeks van benamingen die op de vragenlijst dec. 1991 werden onder streept èn de hier ontvangen aan vullingen worden nu door dhr. P. Verhage onder de loep genomen. Hij heeft in elke regio deskundige mede werking, zodat geen betere controle en vervolmaking denkbaar is Dhr. A.J. Smits (Svn) liet ons nog weten: 'Als men in Stavenisse veel vuulte in de uien had, dan werd ge zegd: êêl 't Koninkluk'uus is vertee- henwoordigdalle soorten onkruid zijn erbij.' Limericks Mevr. H.M. de Man-Geldof hoorde een oud rijmpje: Een krenterige boer uit Menheerse Zocht z'n weg in donker met 'n kaerse Hie verdwaalde in 'n slööt Toen tie gevonden wier was 'n dóód Dat is noe 's Flakkeese 'hardleerse'. Mevr. C. v.d. Guchte-Fraanje zond ons een limerick die berust op een waar verhaaltje van vroeger over een oud mannetje dat de uitspraak deed 'ze pisse tegen gods uus an' Vroeger stoeng een pisbak tegen de de kerk an, di maêkten vee mannen gebruuk van. Toen a een man zei (terecht): 'Het mensdom is slecht, ze pisse tegen Gods uus an.' Van dhr. J. Roose (Kod) ontvingen we de volgende limericks: Een tandeloos besj' uut Noordgouwe Die eigenlijk niks mi kon knauwe, Vroeg lest an d'r dochter: 'Kan 't eten nie zochter?' Die zei: 'Ik za't voortan wè bouwe.'^ Een ievallig2 meisj' uut Noordwelle Die ao d'r toch zö'n snottebelle.2 Ze docht: 'Zunnebaoie Elp wè.' Mè wat raoi je? Toen ging d'r neuz' óók nog vervelle... Zie WZDpag. 1) 132 2) 370 3) 869. Wij ontvingen Van dhr. J. Walrave (Gpol) het in Neh. 87, blz. 33 aangekondigde en nu voltooide Register voor ons regio- boek Dialect op Zuid-Beveland, met grote zorgvuldigheid door hem samen gesteld èn afgewerkt, kant en klaar voor vermenigvuldiging. Een uit stekende wegwijzer ook voor wie meer dan oppervlakkige belangstelling voor het dialect heeft! Men kan er weer voor terecht bij de Administratie Nehalennia. De auteur heeft veel tijd en energie aan het Register besteed, waarvoor de Vereeniging hem veel dank verschuldigd is. Toen we die dank onder woorden brachten, bleek, dat hij door het werk zelf zo gefas cineerd, zo geboeid was, dat hij met een aanbood, ook voor het regioboek Dialect op Noord-Beveland het gewen- ste Register te maken! Het kan niet mooier Toen wij onlangs het woord lampfer hoorden gebruiken voor een van de hoed afhangende rouwsluier van fijn zwart gaas en iemand opmerkte, dat elders lamper zou worden gezegd, gingen we te rade bij dhr. M.J. Geuze (Ha)die destijds in ons regioboek Dialect op Zuid-Beveland schreef over de rouwgebruukenmaar daarbij de rouwsluier niet noemde. Hij liet ons weten, dat hiervoor in zijn regio geen dialectbenaming of verbastering werd gebruikt, maar het algemeen Neder landse woord lamferWij ontvingen nu van hem voor ons archief zo'n echte oude lamfer èn de mededeling, dat die vroeger na de begrafenis om de bol van de mannenhoed werd ge draaid en daar 6 weken bleef liggen. Die periode noemde men: ruugerouwe. Hartelijk danken we dhr. Geuze voor zijn geschenk, dat niet alleen de herinnering aan een oud Zeeuws ge bruik zal bewaren, maar dat ook blijft getuigen van de spontaniteit van één van onze ijverige leden-mede werkers, die altijd voor het speurwerk hebben klaargestaan. 22

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1992 | | pagina 24