A 313.
Voor het pand direct achter de hoofdwacht konden de volgende eigenaren
en huurders worden gevonden.
Eigenaren:
Cornelis Nonneman sr.
1657 - Cornelis Nonneman jr.
1681 - Franchois Blommaert
1691 - Jan de Bau
1698 - Jan Pontu
1703 - Nicolaes Bas
1704 - Jan van Frayenhove, schipper
1708 - Cornelis van Overloop
- Gillis de But
1725 - Martinus Bestaes, tapper
1731 - kinderen Hilarius Hernalsteen
1742 - Robbert Tieleman, schipper
1780 - Jan Beerten
1797 - Pieter Johannis Schudding
Huurders
Jan Saagman
Robbert Tieleman
Johanna Vonck, wed. Tieleman
Laureijs v.d. Heijden
van het huis lag 'de Waeschemerct'
(later de Lange Bellinckstraat)22
Toen Cornelis Nonneman jr. het huis
kocht van zijn broers en zusters werd
het gewaardeerd op 186 guldens.
Cornelis huwde met Catthalijna Mar-
chant; na zijn overlijden hertrouwde
zij met Joos RooseZij woonde met
haar man te Sint-Jansteen.
Samen met haar zoon Cornelis ver
kocht zij de woning aan Franchois
Blommaert voor 612 guldens contant.
Het zal laatstgenoemde Cornelis
zijn geweest die naast deze woning
twee nieuwe huizen bouwde, die in
1683 waren verhuurd-aan Cornelis
Zegers en Jan Rogier.
Toen Franchois Blommaert op zijn
beurt het huis, dat was verhuurd
aan Jan Saagman, verkocht waren
de plaatselijke omstandigheden danig
veranderd. Ten zuiden grensde het
huis nu aan dat van Cornelis Nonne
man, terwijl ten noorden de poort
van het stadhuis was gebouwd. De
huisnaam werd niet meer vermeld even
min als 'de Waeschemerct' ten westen
van het huis.2®
Hierboven hebben we beschreven hoe
op de andere hoek van het stadhuis
de 'earner' en later de keuken werden
gebouwd. Van die kant kon men na
1664 niet meer achter het stadhuis
komen. Blijkbaar vond het stadsbe
stuur "net nodig in diezelfde jaren
ook de toegang achter langs de
hoofdwacht duidelijk af te maken met
een poort. Uiteraard werd in deze
jaren de aankoop en bouw van huizen
ook meestal gefinancierd met behulp
van een lening. Cornelis Nonneman
stelde waarschijnlijk dit huis als on
derpand voor een lening van 300 gul
den. Hij leende dat geld van Martinus
Buys tegen een rente van 6% per jaar.
Bij elke latere verkoop van het huis
is er daarom sprake van de betaling
van een rente van 18 guldens per
jaar aan de familie Buys en later aan
Hilarius Hernalsteen die in 1708 de
hypotheek overnam.'1
In deze jaren, met volgens het stads
bestuur 'verval onder de burgerij
door neeringloosheijt en andere gelee-
dene desastres', ging het niet ieder
een voor de wind.22 Martinus Bestaes
bracht het er in ieder geval niet zo
goed vanaf. We komen hem in de archie
ven tegen als pachter van "slans
sout, zeep en asiin' en als tapper
van wijn en bier. 2 Martinus was ge
huwd met Elisabeth van Gansen. Zij
kregen twee kinderen (Jacobus en
Martijntje) die bij het overlijden
van Martinus in 1730 nog minderjarig
waren.
De rekening van inkomsten en uitga
ven die de beheerders van de boedel
35