De ligging van de vindplaats in 1970 in de Oosterschelde. Zierikzees grondgebied of liever gemeentelijk watergebied. Op 25 meter diepte lagen daar, in de Schaar van Colijnsplaattussen de noordkust van Noord-Beveland en de Vuilbaard, de resten van een Nehalenniatempel uit de tweede of derde eeuw van onze jaartel ling.13 Er werd hard gewerkt. In Leiden werden de gevonden voorwerpen grondig schoongemaakt en geres taureerd. Uit honderden puzzel stukken werden de oorspronkelij ke beelden en wijaltaren gerecon strueerd. Terwijl men daarmee nog volop bezig was, werd in de zomer van 1971 in Middelburg een ten toonstelling gehouden van het nieuw ontdekte Nehalenniamateri- aal. Ook werd er door verschillen de experts driftig studie gemaakt van de zo plotseling opgedoken nieuwe gegevens over de geheim zinnige Zeeuwse godin.1,1 Intussen is de rust weergekeerd. Slechts af en toe wordt hier en daar nog aandacht gevraagd voor 'de onbekende van de Schelde'. Een heel korte samenvatting nu van de belangrijkste onderzoeks resultaten. In de Romeinse tijd liepen de Zeeuwse waterwegen anders dan nu. Zeker is in ieder geval, dat de monding van wat thans de Oos terschelde is een belangrijk knooppunt was voor de scheepvaart tussen het Duitse achterland ener zijds en Engeland en Frankrijk 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1992 | | pagina 7