der enige arbeiderswoningen op het terrein van de voormalige meestoot, en ruim 83 ha grond aan hem verkopen voor een bedrag van 157.359,32; een bedrag dat viermaal zo groot was als dat waar de gemeente Tholen het dat jaar mee moest doen. Zoals gebruikelijk werd de boerenin- span in het openbaar verkocht. Deze bestond uit 22 paarden, 5 melkkoeien, 86 schapen, een locomotief, landbouw gereedschappen, karnmachineseen kaaskuip, boterkneder en vele andere zaken. De jonker kocht hiervan veel op, onder meer het beste paard. Deze verkoping bracht meer dan tienduizend gulden op. Volgens de Ierseksche en Thoolsche Courant zag men zelden bij een dergelijke gelegenheid zoveel mensen bijeen. Boerenhemel Rond 1870 was het in Tholen gebruike lijk dat lieden die zich dat konden permitteren, zoals rentenierende boe ren, een huis lieten bouwen aan de OudelandsepoortOok dokter Boom bouwde daar in 18(69) een woning. (Thans staat hier Nieuw-Molenvliet dat van 1909 dateert). Zoals elders stichtte men dergelijke woningen toen vooral langs de uitvalswegen van ste den en dorpen. Bovendien gold dit deel van Tholen, dat tegen de tot wandelpark herschapen wallen en de brede vest lag, als een van de fraai ste delen. Wagtho was in 1903 de eerste die bui ten de vest liet bouwen. Later volg den anderen. In 1909 bouwde rijksont vanger Noske de naar zijn vrouw ge noemde villa Gizelina tegenover Bui tenzorg (afgebroken circa 1970) ter wijl de oneven nummers van de huidi ge Zuid Oudaan in 1914 werden ge bouwd. De directeur van de Waterlei ding Maatschappij, ir. C. Wagtho, liet in 1927 't Heultje (4) bouwen. Voor de panden 2 en 6 werden respec tievelijk in 1921 en 1929 bouwvergun ningen verleend. Na de inwerkingtreding van de Woning wet (1902) was de bouwvergunning van Ostrea voor de gemeente Tholen de tweede die werd verleend. Deze is echter nog zo weinig omvattend dat zelfs de bouwmeester niet wordt genoemd. Uit de begintijd van deze vergunningen ontbreken bovendien bijna alle bouwtekeningen, zo ook die van dit pand. Het werd echter een eigentijds gebouw waarvan de rijke architectuur invloeden vertoont van de chaletstijl en de Jugendstil. Ook zijn nieuwe villa noemde Wagtho Ostrea. Eerst na zijn vertrek uit Tho len wordt de Tholensche Oestermaat schappij verkocht aan de oestermaat schappij Bona Fides (1925) die in ver band met de bouw van de brug een ander werkterrein zocht. Gezien de prijs van de overname van de putten, 12.500,-, terwijl de aanlegkosten 110.000,- hebben bedragen, zal het bedrijf slecht hebben gefunctio neerd of was het reeds teniet gegaan. In 1914 wordt J.W. Wagtho burge meester van Tholen. Deze functie heeft hij één ambtstermijn uitgeoe fend; hij nam ontslag in 1920. Op 63-jarige verliet hij in 1921 Tholen en vestigde zich in Oostkapelle. Hij stierf in 1933 in Vlissingen. Landbouwer Pieter Marinuszoon Mol, die met Jacoba A.C. Geluk was ge huwd, wordt de nieuwe eigenaar van Ostrea. In 195(7) wordt de villa, waar alleen gasverlichting aanwezig was en waar de waterleiding slechts was doorgetrokken tot de keuken, ver kocht aan de kunsthistoricus dr. G.C. Labouchère. Onlangs verliet zijn weduwe dit pand en kreeg het opnieuw een nieuwe eigenaar. Buitenzorg Het eerste Ostrea werd door de nieu we eigenaar van de hofstede jhr. J. van Vredenburch herdoopt in Buiten zorg. Jonker Jan, zoals hij in Tholen werd genoemd, bracht nogal wat veran deringen en vernieuwingen aan. Zo liet hij in 1908 een houten bijkeuken bouwen en in 1913 kreeg hij vergun ning de zuivelkamer in de schuur te vernieuwen. In verband met zijn huwe lijk met de 11 jaar jongere in Hulst geboren Henriëtte L.M.L. Hombach 1 O

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1992 | | pagina 12