ken door de regenten van het Gast huis, nadat zij door de betreffende chirurgijn onderzocht waren. Bij bin nenkomst werden de zieken door de klerk ingeschreven in het z.g. lootjesboek. Dit lootjesboek liep van 1584-1812. Dat er echter al eerder Gasthuisloodjes gebruikt werden be wijst een rekening van het Gasthuis over de jaren 1498-1499. Hierin wordt melding gemaakt van een betaling aan een zekere Jan de Riemslager om vor men te maken, en die tekenen te gieten. Hoe deze loodjes eruit gezien hebben is niet met zekerheid te zeggen wel blijkt uit het/elfde artikel dat Marie de Man een tinnen kinderkroesje in haar bezit had van het Gasthuis uit de Lange Delft, met naast een roosmerk en de burcht met daarboven M.D.B. het woord Gasthuis en een lang kruis. Vergelijkt men nu bovenstaande be schrijving met het hier afgebeelde loodje, dan is het zeer goed moge lijk dat dit het vermelde loodje is. Noten 1. Maria Goverdina Antonia de Man was van 3 881 tot 1933 conservatrice van het Munt- en Penning kabinet van het Zeeuwsch Genootschap der Weten schappen. 2. Nu collectie Zeeuws Museum, Middelburg. 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1993 | | pagina 21