niet. Toen eindelijk het gemeentehuis van Oostburg en daarna het Streek museum in IJzendijke ook niemand had, die er iets van wist, moesten we het wel opgeven. Mogelijk, denken we nu, dat de grootmoeder van onze bezoekster, die nu ver over de hon derd zou zijn, van rijmelarijtjes hield die door kinderen en kleinkin deren vanzelfsprekend overgenomen werden en een eigen leven gingen leiden.Destijds kwam de Belgische Professor Pée bij ons met een woord, dat in West Zeeuwsch-Vlaanderen i- dentiek zou zijn met koeiwachterOns onderzoek wees toen uit, dat het op twee hofsteden, waarvan de eigenaars broers waren, inderdaad werd gebruikt door baas, familie èn personeel. Het bleek een benaming te zijn geweest, die de vader van de broers vroeger in een speelse bui aan een bepaald koeiwachtertje had gegeven. Eén van de eerste bezoekers hier, was de Zuidbevelandse zanger Bei Cok, die voor 't eerst voor de be woners van 'Swerfrust' zou optreden en tevoren met ons een en ander wil de bespreken. Dat leverde meteen weer meer wederzijds begrip voor ieders persoonlijke werkwijze. Hij zingt eigen liedjes in dialectmet muziekbegeleiding op de band. Wij konden, wegens omstandigheden, zijn middagvoorstelling niet bijwonen, maar aangezien hij ons zijn boekje met de teksten gaf en wij via de huis-radio nog een deel konden be luisteren, hebben we er toch een goede indruk van gekregen. Na af loop hoorden we, dat er veel belang stelling was: er waren ruim tweemaal meer bewoners aanwezig dan op ande re 'georganiseerde middagen' en niet alleen de oude mensen, maar ook de jonge zusters en helpsters (vrijwel allen afkomstig uit de dorpen in de omgeving) hadden 't 'leuk' gevonden. De zanger zelf, blij met zijn succes voor een volle zaal, kwam tenslotte met ons nog wat napraten en kon toen uiterst tevreden huiswaarts keren. Keutjesspel Het keutjesspel zullen we voorlopig maar opzij leggen. Enkele leden had den wel eens 'zulke tropische schelp jes' gevonden, maar zeer sporadisch. Van het spel hadden ze nooit gehoord. Onkruid Dhr. P. Verhage liet weten: door allerlei omstandigheden heb ik geen kans gezien de afgelopen maanden werk te maken van het rubriceren enz. van onkruidnamen m.b.t. het dialectonderzoek. Ik hoop er deze winter nog wel toe te komen. Wij ontvingen Van onze troubadour Engel Reinhoudt en familie de traditionele nieuw jaarswens in dichtvorm, een kleine levensfilosofie in dialect, die wij menen u hier te moeten doorgeven: Splinters Ooit was geluk een kerstbóómbal, Die êêl het groat hêêlal omsloot. Hin ziekte, oorlog moord noch diefstal, 't Was oales wat het sprookje bood. Toen viel die groate bal in stikken. Duuzend scherven, miljoen, miljard. Splinters were't, spelleprikken Iederéén zocht even 'ard. Om één zo'n splintertje te vinden. Soms is dat geld of goed, een lach. Soms een vriend of een beminde. Dat verandert bie d'n dag. Ze ligge overoal verspreid ee. Ons wense a jie 't joeè vindt. En dienk nie a je nooit geluk eit, Wan dan bf je stekeblind. Gelukkig Nieuwjaer Van dhr. J. Roose (Kod) kwam het zevende en laatste zevental lime ricks, dat hij ons heeft toegedacht. Nehalennia had er niet altijd plaats ruimte voor. Met goedvinden van de auteur mogen we er nu plekjes voor 40

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1993 | | pagina 42