boek zijn losse gevouwen kaarten (van de provincie en de verschillende re gio's, in totaal 6 stuks) opgenomen. Het boek opent met een korte instruc tieve inleiding. Vervolgens worden de verschillende delen van Zeeland afgebeeld en beschreven. Achtereen volgens komen zo aan bod Walcheren, Noord- en Zuid-Beveland, Schouwen- Duiveland, Tholen en Staats-Vlaande- ren. Het 80 pagina's tellende boek wordt besloten met een, ietwat over dreven aandoende annotatie van de opgenomen gravures en een litera tuurlijst. Een inhoudsopgave en in dex ontbreken. Jan Kuipers geeft in een kort bestek heel veel infor matie over de steden en dorpen in het 18de-eeuwse Zeeland. Uiteraard laat een auteur, zich baserend op niet altijd accurate literatuur, wel eens een steekje vallen. Zo ben ik het niet geheel eens met het ge stelde over de stadsuitleggingen van Middelburg (pag 11); de oudste burg (met een diameter van ca. 200 m.) vormt als het ware een ring in een wat wijdere ring. En het Molenwater is niet 'in circa 1550' (pag. 14) ge graven maar tussen 1304 en 1314. Omstreeks 1332 werd het uitgebreid in westelijke richting en in de vol gende eeuwen nog herhaaldelijk ver groot en uitgediept. Het grootste deel werd in 1818 gedempt, de laatste overblijfselen werden in 1859 en 1864 gedicht. Overigens corrigeert Kuipers tevens bestaande visies, zie afb. 58 en de bijbehorende tekst over de Hoofdpoort van Goes. De vele charmante gravures, die vrij wel zonder uitzondering voortreffe lijk zijn gereproduceerd, vormen de grote kracht van dit boek. Heel leuk zijn ook de op speelse wijze door de tekst verweven gegevens met betrek king tot een zomerreisje door Zeeland in 1774 van de hand van de theolo giestudent Frans Cornelis Hoogvliet (uitgegeven door J.H. Kluiver in het Archief van het Kon. Zeeuwsch Genoot schap der Wetenschappen 1980) Hopelijk reizen veel lezers vanuit hun leunstoel met Jan Kuipers mee door ruimte en tijd! P.W.S. In het voorbije verschenen er twee boeken, die betrekking hebben op het Land van Hulst. Het waren Hulst van vesting tot koopstad, geschreven door E.G. Borm met illustraties van W. de Wilde en Frida, een verhaal uit het Zeeuws-Vlaamse land, geschre ven door George Sponselee met teke ningen van Zsuzsa Szikra. We beginnen met het boek van Borm, dat maar liefst 96 pagina's telt en in een vlot verhaal de geschiedenis van Hulst, vanaf het prille begin tot 1960 vertelt. Het geheel is niet al leen een leesboek; er valt ook veel te zien. Bij de foto's zijn duide lijke en goed leesbare verklarende teksten geschreven. Het werk is onderverdeeld in zes hoofdstukken, die allemaal een belang rijke periode van de Hulsterse ge schiedenis weergeven. Een probleem blijft altijd bij het schrijven van een stads- of dorpsgeschiedenis, dat veel namen en feiten worden doorge geven, die voor mensen van buitenaf niet zo belangrijk zijn. Borm heeft dit gevaar onderkend en komt de le zer niet met te veel jaartallen en namen lastig vallen. Wel is het jammer, dat de verbinding van het doorlopend geschiedenisver haal weinig verbanden toont met de afbeeldingen op die betreffende pa gina's. We weten dat het moeilijk is bij een oude tekst passende il lustraties te vinden; in dit boek is dit gebrek duidelijk aan toonbaar. Daarentegen zijn zowel de afbeeldingen als het verhaal duidelijk en 'massief' aanwezig, waardoor ze als het ware grotendeels zelfstandig naast elkaar blijven staan. Daarom noem ik het naast een lees- ook een kijkboek van de Hulsterse geschiede nis. Inmiddels liet de schrijver ons weten, dat hij op dit moment bouwstenen aan het verzamelen is voor een deel over de jongste geschiedenis van zijn stad. 3'4

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1993 | | pagina 36