zullen het niet overleven; wel de di
versiteiten zoals regiolect en so
ciolect. Conclusie: de standaardtaal
diververgeert en de dialecten conver
geren. Er zal een middengebied met
vele varianten ontstaan.
De volgende spreker was mr. H.W.M.
van Run, verbonden aan de Volks
krant. Hij sprak over 'Dorpstaai als
wereldtaal'. Aanleiding voor zijn
'optreden' was dat hij eens geklaagd
had met niemand meer zijn oude dia
lect te kunnen spreken. Vroeger sprak
hij dit thuis, hoewel er op school al
'standaardtaal' werd gesproken. Naar
mate hij verder ging met zijn studie
kwamen er steeds grotere verschillen
tussen de wereld van zijn dialect en
die van het ABN. Bij het spreken
van dialect hoort een andere omge
ving, andere rollen, andere coulissen.
Problematisch wordt het wanneer dia
lect en ABN door elkaar gaan lopen;
dit veroorzaakt in beide kampen hila
riteit en de 'boosdoener' wordt uit
gelachen.
Hella Haasse heeft gezegd: 'Taal is
het uitdrukkingsmiddel van de cul
tuur.' De mensen bij wie het taalge
bruik zo uitermate zorgvuldig gevormd
is worden niet gemakkelijk het slacht
offer van commerciële of politieke
propagandataal. Dialect is meer dan
het is Het wekt associaties op
met gevoelens die onvervreemdbaar
zijn en iets heel eigens hebben.
Van Run vreesde wel dat ook in zijn
dorp steeds meer woorden zullen ver
dwijnen of veranderen: de groente
winkel wordt groenteboetiek of vers
shop! Niemand spreekt meer het oor
spronkelijke dialect, een paar heel
bejaarde mensen uitgezonderd. Hij
beseft ook dat we niet meer terug
kunnen naar die oude wereld waar
gevoelens verpakt werden in vaste
uitdrukkingen om jegens de goede
verstaander met halve woorden te
kunnen spreken. Het merkteken van
die wereld was de taal: een wereld
taal!
Na de koffiepauze was als laatste
spreker dr. W.A.M. de Moor aan de
beurt. De titel van zijn inleiding was
'Ba, vrient, wat tael is datte: dia
lect in de literatuur'De Moor is
wetenschappelijk medewerker aan de
Universiteit van Nijmegen. Hij noemt
vele voorbeelden uit de literatuur
waar 'anders' gesproken wordt. Meest
al wordt dit als grappig ervaren, soms
wordt er de draak mee gestoken.
Hij haalt de stukken van Bredero
(begin 17de eeuw) en Pieter Langen-
dijk (begin 18de eeuw) aan. Men zei:
dialect versterkt het komisch effect
Na verloop van tijd ging deze stelling
niet meer ophet dialect wordt ook
als stijlmiddel voor realisme gebruikt
(Van Groeningen, Coenen, Van Hul
zen en vooral Herman Heijermans)
Een extra dimensie aan het taulge-
bruik geven de Vlaamse schrijvers
zoals Gezelle, Streuvels en Timmer
mans die hun moedertaal nadrukke
lijk in hun proza en poëzie hebben
laten gelden.
Antoon Coolen heeft als geen ander
het dialect in zijn proza geïnte
greerd. In zijn werk zijn de ver
schillende kwaliteiten van het dialect
zoals de reeds hierboven genoemde
(stijlmiddel voor realisme en het ko
misch effect plus lyrische satire) op
harmonische wijze verenigd.
Het laatste punt van het ochtendpro
gramma was het voorstellen van de
prijswinnaars. Namens Zeeland (incl.
Goeree-Overflakkee) was dr. A. de
Vin jurylid. De verhalen van mw.
M.E. Roelse (Westkapelle)
dhr. A. Leijdekkers (Zierikzee) en
dhr. A.H. Tanis (Ouddorp) werden
bekroond. Door tijdgebrek kwam dit
toch zo belangrijke programmapunt
danig in het gedrang! Snel allemaal
naar het podium, ontvangst van een
presentexemplaar en een algemeen
applaus en het was voorbij. Heel
jammer, daar er zeer veel werk door
auteurs, juryleden e.a. was verzet.
Na een uitstekende lunch werden we
verwacht in het 'café-chantant'het
zing-eafé zoals gesuggereerd werd.
Helaas was er ook nu weer te weinig
tijd, zodat de overigens uitstekende
nummers hier en daar in het gedrang
kwamen. Zonder de kwaliteiten van
25