meester Vermeulen zegde die toe, mits dit gebeurde voor de aanvang van de bouw. Inmiddels was op 1 augustus het telefoontje van de griffie gekomen. Op het provinciehuis waren er vragen gerezen over bezwarende bepalingen, die zouden rusten op de grond van het kasteel. Ambachtsheer Cornelis de Jonge had in 1837 in de verkoop akte laten vastleggen dat de fundamen ten niet weggebroken mochten worden. Op 2 augustus kreeg de burgemeester het telefonisch verzoek om de volgende dag de eigendomsbewijzen mee te bren gen naar Middelburg. Vermeulen moest die dag toch naar Middelburg om een vergadering van Provinciale Staten, waarvan hij lid was, bij te wonen. Burgemeester Vermeulen liet op die derde augustus de akte van aankoop uit 1874 zien aan de Commissaris der Koningin, jhr. mr. A.F.G. de Casem- broot, aan het lid van Gedeputeerde Staten mr. Van der Weel en aan de griffier. Artikel 15 bepaalde dat de fundamenten van het slot Windenburg niet verder mochten worden afgebro ken. Zij deelden de burgemeester mee dat er een nieuwe wending in de zaak was gekomen. De secretaris-generaal van het Ministerie van Binnenlandse Zaken had telefonisch meegedeeld, dat het goedkeuringsbesluit van GSbij de Kroon zou worden voorgedragen ter vernietiging wegens strijd met het algemeen belang. De R.O.B. had in- Viindenburg, gezicht op de overblijf selen van de oven. middels op allerlei manieren aange drongen op het voorkomen van de bouw. De zaak was uitgelekt naar de pers. Reeds op 2 augustus vroeg de Provinciale Zeeuwse Courant zich af of men in Dreischor gebrek aan histo risch besef had. De zaak liep met een sisser af. Voor vernietiging of schorsing van het goedkeuringsbesluit bleken onvoldoende redenen te zijn, zo meende men. De R.O.B. werd in de gelegenheid gesteld een klein onderzoek uit te voeren. Dat neemt niet weg dat de R.O.B. de verliezende partij in deze zaak was. Op 11 oktober 1955 werd de eerste steen voor de nieuwe ambtswoning gelegd door mr. D. Matzer van Bloois, burgemeester van de adoptiegemeente Renkum. Een gedenksteen in de gevel herinnert hieraan. Burgemeester Ver meulen betrok zijn nieuwe woning be gin augustus 1956. De vorm ervan doet sterk denken aan 'Hofwijck' bij Voor burg. In de gevel werd een 18de- eeuwse gevelsteen van het oude 'Win- denburg' aangebracht. De gemeente Dreischor werd per 1 januari 1961 opgeheven. De nieuwe gemeente Brou wershaven verkocht het pand in 1968. Sindsdien is het in handen van par ticulieren. Bronnen Streekarchivariaat Schouwen-Duiveland en Sint Philipsland; archief Cornelis de Jonge van Drei schor, inv.nr. 26 en archieven gemeente Drei schor, dossiers inzake de ambtswoning van de burgemeester. Literatuur P. van Beveren, De verdwenen kastelen van Schouwen-Duiveland (Doorn 1960). J.L. Braber, LJit Dreischors verleden (Zierikzee 1975). J.P. van den Broecke, Middeleeuwse kastelen van Zeeland (Delft 1978). J.J. Klompe, Dreischor, historische bijzonderhe den (Zierikzee 1949). J.G.N. Ronaud, 'Huis Windenburg te Dreischor, Zeeland', Berichten ROB 7, 1956, 85-88, pl. XVI, afb. 1 en 2; pl. XVII, afb. 1 en 2. J.G.N. Renaud, 'Het huis Windenburg te Dreischor', Bulletin van de Kon. Ned. Oudheidkundige Bond, zesde serie, jrg. 10 (1957), 1-20. H. Uil, 'De polders tussen Schouwen en Duive- land'in: Oude veldnamen van Schouwen-Duive land, I (Zierikzee 1987). P.D. de Vos, De vroedschap van Zierikzee van de tweede helft der 16de eeuw tot 1795 (Middel- burg 1931). 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1994 | | pagina 21