voet afgeslagen was. Dhr. Van der Hiele vindt in WZD wel woorden, die in Nisse onbekend zijn. Noemt Labberdan: zoute vis; diezen: speelgoed; fluwinekussenovertrek en vraagt: 'Is dit oud-Walchers (in Nisse onbekend) en wat is de beteke nis van terfrieve?' Hij geeft een aanvulling op blz. 543: vossenliere, 'n bruunen liere, 'n zwarte liere. J.A. Rentmeester (Ovz/Dw): 'n stêênepot in 'n 'oute kot: stoof; meroetsgek; petten: abrikozen op brandewijn (gehoord van tante in 's-Heer Arendskerke) Mw. M. Blaas (Tin): 'n slaegbaerd: veel praats; vliegtuuterkind dat haastig is; de schok op- of afgaan: oprit, afrit; 'n windbuule: opschepper. Dhr. W.P. Rooze (Kod)zegt over het woord geitebieleeen schaap droeg nooit 'n biele, maar dit staat wel in WZD, dus foutief. Reacties op al deze opmerkingen zien we graag tegemoet op het onderzoeks- secretariaat. Wij ontvingen Van dhr. J.L. Murre de kopie van een door hem aan dr. A. de Vin ge richt brief over de schrijfwijze van de plaatsnaam Yerseke, naar aanlei ding van zijn betoog, tijdens de Zeeuw se Dialectdag, met het verzoek die in Nehalennia onder de aandacht van de lezers te brengen. 'Verleden zaterdag 16 oktober mocht ik getuige zijn van uw pleidooi aan gaande de schrijfwijze van de plaats naam Yerseke - in uw opinie Ierseke - tijdens de Zeeuwse Dialectdag. Aangezien ik uw betoog meen goed gehoord en begrepen te hebben, ver stout ik mij uw zienswijze te be strijden. Ik pleit nl. voor een schrijfwijze met "Y". Ik baseer mij hiervoor ten eerste op de diverse oude landkaarten, onder meer van Hattinga (1747) en een niet gesig neerde kaart uit 1760, die beiden "Yrseke" vermelden. Voorts moet ik wijzen op een citaat uit het belang wekkende werk van W.E.P. van IJssel- dijk 1000 jaar Yerseke (v.d.Peyl- Kruiningen 1973). Ik citeer: "De schrijfwijze van de naam van dit dorp - voorheen gemeente en heer lijkheid - kende in de achterliggende tijd tal van variaties. In een oorkon de van 1323 schrijft men Ieerseke en in 1335 Yeerseke. Ook Ieersie en Ieersicke komen in oude documenten voor. M. Smallegange schrijft in zijn Cronyk van Zeeland van 1696 Yersicke en in de zgn. Tegenwoordige Staat, deel XX wordt Ierseke geschreven. J. ab Utrecht Dresselhuis vermeldt in zijn boekje Wandelingen door Zuid en Noord-Beveland van 1832 dat de Yerseke een stroom was, die door een dam werd afgesloten. Gedurende bijna anderhalve eeuw schijnt er dan steeds verschil van inzicht te bestaan omtrent de juis te schrijfwijze van de naam der ge meente. Althans op 8 mei 1857 oor deelt de burgemeester het kennelijk nodig in een schrijven de Commissa ris des Konings in de provincie er op te attenderen, dat steeds Yerseke en Yersekendam wordt ge schreven en naar zijn oordeel terecht. Hij wijst er tevens op dat Dressel huis deze schrijfwijze in 1832 reeds bezigde. Bijna 40 jaar later, in 1895, werd het gemeentebestuur er door Gedeputeerde Staten weer op gewezen dat Yerseke onjuist zou zijn en wordt van die zijde voorgesteld voortaan Ierseke te schrijven, waarmede het dagelijks bestuur dan akkoord gaat. Nog was het laatste woord daarover niet gezegd of geschreven. Op 24 december 1937 schrijft gemeentese cretaris Veenendaal van Yerseke een artikeltje - gebaseerd op gegevens van de heer G.D. van Oosten - in de Nieuwe Rotterdamsehe Courant over de herkomst van de gemeente naam. Daarin wordt er op gewezen, dat op historische gronden de be ginletter van de plaatsnaam Y moet zijn. Van toen af is door het Col lege van Burgemeester en Wethouders 'n intensieve aktie gevoerd om de schrijfwijze "Yerseke" te gebruiken en te behouden. Nog in mei 1949 richt het dagelijks bestuur zich tot Gede puteerde Staten en deelt o.a. mede, dat in het besluit van de Hooge Raad van Adel van 20 april 1816 betreffende 41

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1994 | | pagina 43