langen warmen zomer van 1911 zat
ik met 25 deelen Froissart, in de
editie van Kervijn de Lettenhove en
in die van Luce en Reynaud in mijn
studeerkamertje op de zolderverdie
ping van Toornvliet'.
W.H.P.S.
Anton Nelis, Kind van een parlevin-
ker (Goes 1994). Publicatie van de
archiefdienst nr. 38, in samenw. met
Heemkundige Kring De Bevelanden.
37 blzfoto's. Te koop bij de
Gemeentelijke Archiefdienst te Goes;
tel. te bestellen via 01100-49788.
Prijs 15 -
De Gemeentelijke Archiefdienst te
Goes en de Heemkundige Kring de
Bevelanden gaan onverdroten voort
met het publiceren van deeltjes
'autobiografische etnografie'Na
auteurs als Geuze en Mallekoote ligt
nu een boekje voor van Anton Nelis
(1922). Zijn vader werkte gedurende
lange jaren als parlevinker in Hans-
weert. Een parlevinker was een win
kelier, die zijn waar langs de sche
pen leurde. De drukke scheepvaart
in plaatsen als Hansweert zorgde eer
tijds voor een vrij zekere boterham
voor de parlevinkers.
Kind van een parlevinker, uitgegeven
op A4-formaat, werd bewerkt door
Albertina Warren en Frank de Klerk.
Het behelst een caleidoscoop van
jeugdherinneringen van Anton Nelis,
afgesloten op 2 januari 1936, toen
Nelis veertien werd: 'Mijn vader had
me aan een fruitteler op Biezelinge
verhuurd. Ik vond het wel fijn
dat ik zelf voor mijn ouders kon gaan
verdienen. Mijn kinderjaren waren
nu definitief voorbij
De vrij algemene opvatting dat harde
tijden geharde mensen voortbrengen
gaat niet altijd op. Anton Nelis ver
haalt van enkele avonturen, die wer
den bedorven door fysiek ongemak.
Een tochtje per binnenschip naar
Antwerpen was leuk, maar een tweede
keer zou Anton niet meegaan, zo nam
hij zich voor, omdat hij te veel had
moeten lopen. Het vissen op paling
Nog iets nodig vandaag, schipper?'
Parlevinker P. d' Hont aan het werk
omstreeks 1936.
in 't Kanaal door Zuid-Beveland be
viel ook niet, omdat het te koud was
geweest.
Dit zijn natuurlijk maar onbenullig
aandoende details uit een relaas dat
geheel uit autobiografische details
bestaat; details, welke samen een le
vend beeld vormen van de crisistijd
in een naar het water gewende ge
meenschap als Hansweert, zoals die
werd ondergaan door een autochtone
knaap. Egodocumenten als die van
Nelis dienen vele doelen: als bron
van herkenning voor generatiege
noten; als materiaal voor wetenschap
pers die 'tussen de regels' van hun
discipline op deze manier onofficiële
kennis kunnen opdoen, die hun eigen
onderzoek en studie weer kan verrij
ken; als gegevensbank voor journa
listen en auteurs van streek- en
historische literatuur en, niet in de
laatste plaats, als boeiende lectuur
voor de liefhebber.
J.J.B.K.
23