MONUMENTENZORG IN ZEEUWS TROEBEL WATER
Het behoud van het cultureel erfgoed onder water
is zonder particulier initiatief ondenkbaar
Doeke Roos
Hoewel het monument onder water minder tot de verbeelding spreekt dan een prachtig
gerestaureerde 17de-eeuwse trapgevel of de nog in bedrijf zijnde molen, zullen we in
Zeeland toch ook zorgvuldig dienen om te gaan met het erfgoed onder water. De landelij
ke overheid besteedt reeds enige jaren grote zorg aan dit type monument en de nieuwe
Monumentenwet die sinds 1 januari 1989 van kracht is, is duidelijk over de wijze waarop
we met dit erfgoed dienen om te gaan.
Deze zorg kan pas dan als goed en volledig worden gekwalificeerd, wanneer zij zich uit
strekt tot alle in het zorggebied voorkomende monumenten. Bij de zorg voor monumenten
slechts denken aan wat thans op het huidige 'droge' land voorkomt aan behoudenswaardi-
ge resultaten van het handelen van mensen is te beperkt, selectief en niet juist, hoewel mis
schien wel te begrijpen. Het onderwatermonument vormt een moeilijker opgave om
beleidsmatig aan te pakken, dan het voor ieder zichtbare erfgoed op het land. Het is ver
heugend dat de wetgever dit recentelijk ook heeft onderkend en daarvan blijk heeft gege
ven in de tekst van de Monumentenwet. Het zou de provinciale overheid sieren zich tijdig
de consequenties te realiseren en op zijn minst de zorg ervoor voor te bereiden. Indien er
een provincie in ons land is die hier een taak heeft liggen dan is het wel de provincie
Zeeland met haar unieke geografie en topografie; de provincie met het omvangrijkste
onderwater-bodemarchief.
De provincie Zeeland beschikt middels de Stichting Behoud Onderwaterschatten niet
alleen reeds over een gedeeltelijke inventarisatie van wat zich aan te behouden onderwa
ter-monumenten op Zeeuws gebied bevindt, maar tevens over goede kennis van de onder
zoeksmethoden en de middelen die hiervoor noodzakelijk zijn.
Schatgravers
Door de ontwikkeling van de detectie-apparatuur (onderwater-zoekapparatuur) en de toe
genomen intensiviteit van de sportduikerij werd het onderwater-erfgoed makkelijker
bereikbaar. Naast de wetenschappelijke belangstelling van professionele maritieme histori
ci en archeologen zijn ook anderen in hoge mate geïnteresseerd in deze bodemvondsten.
Verreweg de meeste deelnemers aan een onderwater-speurtocht naar de materiële resten
van ons maritiem verleden zijn geen professionele onderzoekers. Een grote groep onder
hen wordt gevormd door personen die uitsluitend of bijna uitsluitend gedreven worden
door commerciële motieven: hun belangstelling gaat alleen uit naar schepen met een kost
bare lading, zoals munten, tin of porselein en het enige dat hen tot actie drijft is winstbe
jag. Schatgravers dus; lieden zonder enige belangstelling voor de cultuurhistorische waar
de van het onderwater-monument, zoals we die ook aantreffen op het land.
Voor wetenschappers en overheid is de amateurarcheoloog die uit ideële motieven handelt
de ideale persoon. Hij is niet uit op geldelijk gewin, maar kent slechts een onderzoeksdrang
die er op gericht is wetenschappelijk verantwoord te werk te gaan en misschien wel onder
streng wetenschappelijke leiding. Het is niet zijn bedoeling de schoorsteenmantel te vullen
met de eigen vondsten.
63