derheid. Blijkbaar liggen de uitdagingen voor de jongeren tot 25 jaar ergens anders, ook al zijn er nog veel jongeren, die lid zijn van jongerenverenigingen voor bij voorbeeld geschie denis en natuur. Kan er nu gesproken worden van een 'hausse' in activiteiten en ontwikkelingen op het gebied van cultuurhistorie? Dat is misschien wat overdreven, maar toch zijn er positieve ontwikkelingen te melden. In Zeeland wordt momenteel hard gewerkt om te komen tot een volwaardig provinciaal beleid op het gebied van de archeologie. In samenspraak tussen gemeenten. Rijk, provincie en particulier initiatief wordt getracht hier gestalte aan te geven. Dit jaar moet daar meer duidelijkheid over komen. Zodra dat het geval is, wordt er zeker een artikel in dit blad aan gewijd. De provincie heeft een werkgroep geformeerd, die zich toelegt op het geven van adviezen op het gebied van cultuurhistorie. Verder is er bij de Zeeuwse raad voor Volksgezondheid, Maatschappelijke ontwikkeling en Cultuur een col lege van adviseurs van cultuur. Vanuit die hoeken mogen ook ideeën en reacties worden verwacht. Waar moet het naar toe? Oscar Wilde heeft ooit de vraag geformuleerd: 'Wat is er erger: je ideaal bereiken of je ideaal nooit bereiken Ideaal zou zijn, dat meer dan tot nu toe reke ning wordt gehouden met de erfenis uit het verleden. Daar zijn afspraken over te maken. Het Verdrag van Malta houdt in dat de Europese landen bij het maken van bestemmings plannen rekening houden met in de grond aanwezige resten van het verleden en die inpas sen in de nieuwe situatie. Het Verdrag moet nog door Nederland worden geratificeerd, maar hier en daar wordt er al ernstig rekening mee gehouden. Soms ook niet, getuige het voor beeld van de opgraving bij de voormalige Middelburgse gevangenis. De oude stadsmuur kwam in prima conditie aan het licht. Nadat hij was ingetekend, werd hij tot onder de fun damenten afgebroken en naar de stort gereden. Voor een luttel bedrag meer kon de muur in de kelder van het nieuwe gerechtsgebouw worden opgenomen. Een gemiste kans, want. afgezien van de waarde van dit monument, zou een bezoek aan de kelders de mogelijkhe den voor recreatie en toerisme in de monumentale Zeeuwse hoofdstad hebben vergroot. In steden als Brugge en York is dit - en dan op veel grotere schaal - ook gebeurd. Dit is slechts een voorbeeld, waarvan er jammer genoeg vele zijn te geven, en niet alleen in onze pro vincie. Cultuurhistorisch toerisme in Brugge, 1994. St.-Donaaskerk) 76

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1994 | | pagina 78