2) 'Vier Anne-Lijsjes, gekiekt te Middelburg op Anneliesjesdag, 2 mei 1929' (Van der Ven'Zeeuwsche volk'). is. In 1970 vermeldt ook L. van Wallenburg dat Liesjesdag tot vlak na de Tweede Wereldoorlog nog voor kwam;® we mogen aannemen dat de feestdag toen echter een zeer slap aftreksel was van de vroegere hoog tijdag. Wie waren Annetje en Liesje? De verklaringen over de herkomst van de naam van de eerste donder dag in mei en oktober lopen nogal wat uiteen. Van der Ven denkt dat Anne en Liesje veel voorkomende na men waren op Walcheren. Bovendien gaat hij er kennelijk van uit dat er alleen meisjes in 't spel waren, want bij een artikeltje uit 1929 over Annetje-Liesjesdag plaatst hij een foto van vier meisjes met onder schrift: 'Vier Anne-Lijsjes, gekiekt te Middelburg op Anneliesjesdag1.7 Ook A. Meerkamp van Embden heeft het bij de naamsverklaring alleen over meisjes waarnaar de dag vernoemd zou kunnen zijn.a Het lijkt mij zeer onwaarschijnlijk dat met beide namen, Anne en Liesje, meisjes werden be doeld. Het was immers zowel voor de meiden als voor de knechts een grote dag! De eerste regels van een oud liedje dat nogal eens geciteerd is, luiden - met enige variatie- als volgt 'Annetje en Liesje gaan naar de stad, Knechten en meiden hun huurloon gehad.' Mede gelet op dit rijmpje lijkt het het meest voor de hand liggend dat Annetje op knecht en Liesje op meid slaat. Volgens B.J. de Meij waren Anne en Liesje helemaal geen veel voorkomende namen op Walcheren; zijn verklaring lijkt zeer aannemelijk. Met de namen Hannes en Lijs, op Walcheren verbas terd tot Annetje en Liesje, duidde men oorspronkelijk een vrijer en vrijster aan, aldus De Meij. ln een 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1994 | | pagina 21