Grijpskerke
de kapitein die haar in het "Vaderland'
gebracht heeft. Als familienaam kreeg zij de
naam van het schip dat haar hier bracht.
We bepalen ons nu tot het feit dat Tannetje in
Walcheren is. Allereerst stellen we vast dat
volslagen onduidelijk is waarom Tannetje naar
Grijpskerke kwam en niet in Vlissingen bleef,
waar zij vermoedelijk voet aan wal zette.
Het door ds. Van de Vondel sedert september
1764 (hij begon toen zijn ambt) bijgehouden
afkondigingenboekje bevat een complete lijst
van alle belijdende leden, maar we komen
geen enkele naam tegen, die enig houvast
biedt om vast te stellen of te veronderstellen
bij wie zij in huis was.
Het moet voor de Grijpskerkse bevolking wel
iets heel opmerkelijks zijn geweest dat een
zwarte Afrikaanse jonge vrouw in hun dorp
naar catechisatie ging, belijdenis deed,
gedoopt werd en daardoor in het dorp goed
bekend was. Zij moet, behalve in haar
'moerstaal' ook een goede taalvaardigheid in
de Walcherse omgangstaal gehad hebben, kon
lezen en schrijven en wellicht is zij in
Grijpskerke op de avondschool geweest.
Bij haar doop traden als getuigen op Marinus
de Nijssen en haar 'peetmoeder' Tannetje
Leijnsen, weduwe van kapitein Jacobus de
Nijssen, haar overleden peetvader, waar we
later in dit verhaal meer over horen. Marinus
de Nijssen was de broer van de overleden
Jacobus.
We weten dat zij op zestienjarige leeftijd
belijdenis deed samen met twaalf jongens en
zeven meisjes. Tannetje was het laatste,
achtste meisje op de lijst. Zij moet dus samen
met deze jonge mensen gedurende een winter
seizoen op de 'vraoge' (catechisatie) zijn
geweest en dat is een opmerkelijk feit. Deze
19 jonge mensen waren allen gedoopt, maar
Tannetje was dat niet. Om alles op een rijtje
te zetten: op vrijdag 8 maart werden deze
jonge mensen voor de kerkeraad 'aange
nomen' op belijdenis. Zondag 17 maart werd
Tannetje gedoopt nadat zij met de overige
catechisanten belijdenis des geloofs had afge
legd. We moeten ons voorstellen, dat zij in
het middenvak van de kerk, de z.g. vrou-
wenbanken, op de voorste rij stoelen zaten.
Zij legden deze belijdenis af door het be
vestigend beantwoorden van de vragen die
gesteld worden bij het formulier voor de doop
aan 'bejaarden' (volwassenen), want Tannetje
moest nog gedoopt worden.
Die doop vond plaats in de z.g. dooptuin, een
afgescheiden gedeelte rond de kansel. Ook de
doopgetuigen stonden daar bij. Het moet in de
kerk van Grijpskerke wel een zeer ongewone
en indrukwekkende dienst geweest zijn.
Vrijdag 22 maart werden de nieuwe lidmaten
'voor de gemeente bevestigd', waarbij de
mannen het actief en passief kiesrecht verkre
gen. Deze dienst was tevens de voorbereiding
voor het op zondag 24 maart te vieren Heilig
Avondmaal, waaraan de nieuwe lidmaten voor
het eerst konden deelnemen.
13