DE BEER RUME
Lou Vleugelhof
Als je jongeren in Zeeland zou vragen of' ze weten wat de beer rume betekent, dan zullen de
meesten het antwoord schuldig blijven. Sommigen zullen de beer in verband brengen met
Bruintje de Beer. Enkelen zullen in de beer het mannelijk varken zien, maar erg waarschijnlijk
is dat niet nu de huisslacht verdwenen is, en ook het woord bergde benaming voor een
gecastreerde beer, niet meer van huis tot huis bekend is.
Toch was de beer rume in elk huishouden dat
niet over een echte w.c. beschikte een
wekelijks verplicht nummer. Met de
regelmaat van de klok keerde dit karwei tot
voor enkele decennia terug, evenals eten en
drinken en ontlasten. Dit laatste had met de
beer te maken. 'Beer' is overigens in die
betekenis geen typisch Zeeuws woord; het
komt ook in het algemeen Nederlands voor.
Beer is het verzamelwoord voor alle faecaliën.
We kennen het nog in beerput (gierput) en in
de woorden bereboer en berekar. Deze laatste
twee begrippen zijn intussen verouderd,
aangezien de man die in de steden en dorpen
de volle tonnetjes faecaliën ophaalde, de
bereboer met zijn berekar, allang uit het
verkeer is verdwenen.
Ik herinner me dat bij mij thuis, in een dorp
in de Zak van Zuid-Beveland, elke week het
ritueel van de beer rume plaatsvond. Ik zeg
ritueel, omdat de handeling met de nodige
voorbereiding en voorzichtigheid moest
gebeuren. Menselijke mest verdween niet
zoals nu in de anonieme onzichtbaarheid van
het riool, maar werd als kostbare grondstof
aan de grond toevertrouwd. Tevoren werd de
fruitboom of bessestruik uitgezocht om het
voorrecht te genieten een emmer menselijke
mest te krijgen. Mensenstront heette de beste
voeding voor boom en struik te zijn die de
natuur kende. Daarom werd het ritueel van de
beer rume altijd ingezet met het kiezen van de
boom of struik die van het vette der aarde
mocht genieten. Met dit doel werd dan ook
vooraf het gat gegraven aan de voet van de
boom of struik die aan de beurt was. in het
najaar werd het kolenveldje goed voorzien,
want de meest uitbundig bloeiende bloemkool
en de diepst rode rooie kool ontsproten aan de
heimelijke en wonderbaarlijke symbiose van
mens en plant.
Elk huis, zeker op het platteland, was
voorzien van een buitenplee. Dit werd 'et
uusje, het huisje, genoemd. Een minder nette
naam was het schietuus of schijthuis.
Schietuus behoort tot de vule woorden die een
net opgevoed kind niet behoorde te gebruiken.
Des te meer reden om ze af en toe heel
opzettelijk en als vorm van protest tegen een
te fatsoenlijke opvoeding heel hard en
uitdagend te laten horen. Vooral als
scheldwoord was het een trefzeker woord om
je voorwerp van verachting te kwetsen.
Intussen zal het duidelijk zijn wat de beer
rume betekent. Rume is het Zeeuwse woord
voor ruimen, in de zin van opruimen. Het
rumen van de beer ging als volgt te werk. In
'et uusje stond de beerbak. Dat was een
rechthoekige houten bak, afgesloten met een
afneembare bovenplank waar in het midden
een rond gat was aangebracht. Als het gezin
niet te groot was, plaatste men voor het
gemak een emmer in die bak precies onder
het zitgat. Daardoor ging het ruimen
gemakkelijker. Men hoefde de volle emmer
na verwijdering van de bovenplank maar uit
de bak te tillen. Wel was de frequentie van
het ruimen groter, maar dat ongemak woog
ruim op tegen het ongemak van het rumen van
een volle beerbak, wat dikwijls aanleiding gaf
tot morsen en overlopen op weg naar de
beaarding.
Wij hadden een betrekkelijk klein gezin, maar
29