Westdorpe kreeg onder meer voor zijn
jarenlange inspanningen op archeologisch
gebied een koninklijke onderscheiding
uitgereikt en wel de zilveren eremedaille,
verbonden aan de Orde van Oranje-Nassau.
Ook in 1993 was een vaste kern van de AWN
afdeling Zeeland zeer actief op het Provinciaal
Depot voor Bodemvondsten. In Zeeuws-
Vlaanderen waren vooral leden van de
heemkundige verening 'De Vier Ambachten'
actief. Welkome hulp werd wederom geboden
door de AWN afdeling Den Haag bij het
onderzoek in de duinen in de kop van
Schouwen.
Opgravingen en vondstmeldingen
Aardenburg 1. Van het 14C-monster dat
vorig jaar werd genomen van de primaire
begraving in de beschilderde grafkelder aan
de Beekmanstraat werd het volgende resultaat
ontvangen; Aardenburg-Mariakerk I 830 50
BP (GrN-19 509). Na ijking levert dit een
werkelijke ouderdom op van 1166-1258 na
Chr. (bij 1 sigma; bij twee sigma ligt de oudst
en jongst mogelijke datering bij resp. 1042 en
1272 na Chr.). Dit is in goede
overeenstemming met de ouderdom van de bij
het hoofd aangetroffen dodenmunt (denier Jan
1. 1237-1286). De hier vermelde gegevens
zijn verwerkt in de Archeologische Kroniek
over 1992.
De muurschilderingen op de wand van de
grafkelder bleken dit jaar zo sterk door algen
te zijn aangetast dat zij als verloren moesten
worden beschouwd. Deze vaststelling vormde
de aanleiding voor burgemeester mr. E.F.
Jongmans een onderzoek te gelasten naar de
toestand van de bovengronds verkerende
grafschilderingen in de St. Baafskerk. Deze
bleken in goede staat te zijn.
2. In het visserijmuseum te Breskens wordt
een doorlopende tentoonstelling gehouden van
bodemvondsten uit de 13de tot en met de 18de
eeuw van Piet en Paul Blomme uit Oostburg.
Het betreft voornamelijk metalen
gebruiksvoorwerpen uit de gemeenten
Oostburg en Aardenburg. In het
Mededelingenblad van de Heemkundige Kring
West-Zeeuws-Vlaanderen 26, 1993, nr.l, 10-
11, werd onder andere een 13de-eeuwse bulla
en een 15de-eeuwse riemtong gepubliceerd.
3. Voor luchtfotovindplaatsen zie onder
diversen.
Axel Voor luchtfotovindplaatsen zie onder
diversen.
Brouwershaven
Tijdens rioleringswerkzaamheden in de
Bogerdstraat te Dreischor werd over een
lengte van ongeveer 500 meter een
knuppelweg waargenomen. De melding was
afkomstig van J.A.L. Kortsmid, medewerker
van de afdeling weg- en waterbouw van de
Centrale Dienst Gemeentewerken te
Serooskerke (Schouwen-Duiveland). De
verkenning, uitgevoerd door B.Oele (PDB),
wees het volgende uit. De knuppelweg
bestond uit een enkele laag evenwijdig
gelegde stammetjes. De ondergrond bestond
uit klei, evenals de afdekkende laag. Het
gebruikte elzehout(?) was van een uniforme
dikte (ca. 5 cm). De breedte van de weg lag
tussen 3,60 en 3,88 m. De weg was te
vervolgen vanaf de Zuiddijk, waar de
rioleringswerkzaamheden een aanvang hadden
genomen, tot voor de kruising met de
Stoofweg aan de rand van de dorpskom, waar
hij in het profiel verdween en recht doorliep
naar de resten van het voormalige kasteel
Windenburg. Volgens een in 1953 door prof.
dr. J.G.N. Renaud uitgevoerde opgraving zou
dit karakteristieke ronde kasteeltje met zijn
zware 2,5 m dikke muurwerk uit het eind van
de 14de eeuw dateren. Een op kosten van de
gemeente uitgevoerde 14C-datering verschafte
de nodige duidelijkheid. De uitslag luidde;
220 20 BP (GrN-19 898). IJking van deze
meting levert een datering op tussen 1661 en
1671 of tussen 1779 en 1798 na Chr.
Blijkbaar is het aanleggen van knuppelwegen
dus ook een in de Nieuwe Tijd voorkomend
fenomeen.
Domburg 1. Door prof. dr. P.A. Henderikx,
Vrouwenpolder, werd een hoeveelheid
Romeinse en vroegmiddeleeuwse scherven van
het strand ter plaatse geschonken aan de
archeologische collectie van het Koninklijk
Zeeuwsch Genootschap. Deze verzameling is
ondergebracht in het Provinciaal Depot voor
Bodemvondsten
2. Begin maart schonk G.C. Sala uit
Grijpskerke een zeer grote en rijk gevarieerde
collectie Ijzertijd-aardewerk aan het Depot te
Middelburg. Het materiaal was door hem in
1974 opgegraven op het strand ter hoogte van
Westhove. Het betreft dezelfde vindplaats als
die welke vermeld wordt in Jaarverslag ROB
1986, 24-25. Bijzonder is het voorkomen van
tien grote randfragmenten van zogenaamd
'zoutaardewerk'. Het betreft organisch
verschraald, zachtgebakken aardewerk met
een wanddikte tot 22 mm. De randdiameter
18