laten de hypothese toe dat in de eerste drie jaren van de Bataafse tijd heel veel van de informatieverwerving te maken heeft met de oorlog en de buitengewone omstan digheden. In de jaren 1798. 1799 en 1800 is dominant de informatiebehoefte van de twee agentschappen met de nieuwe overheidstaken: nationale economie en nationale opvoeding, waaronder begrepen de sociale - en gezondheidszorg. Juist in de stichting van deze twee agentschappen vertoonde de Bataafse Republiek ten opzichte van het Franse voorbeeld een 'peculiar innovation', aldus Simon Schama.2* Precies deze twee agentschappen. Nationale Oeconomie en Nationale Opvoeding, speelden een rol in de vorming van de natie, waaraan begonnen kon worden toen eenmaal, met de aanvaarding van de staatsregeling (1798), de staatsvorming voorlopig was afgerond. Ik refereer aan de these die Grijzenhout en Van Sas letterlijk tot uitdrukking brengen in de Haagse tentoonstelling 'Denkbeeldig Vaderland, kunst en politiek in de Bataafs- Franse tijd 1795-1813'.29 Pas wanneer het ING-project verder is, zullen we de kwa litatieve verschillen in de verschillende perioden kunnen nagaan. Zo zal bijvoorbeeld moeten worden onderzocht wat in informatieverwerving en informatiegebruik in de Franse tijd nieuw was en wat in feite voortzetting van Bataafse systemen was op nationaal, provinciaal en lokaal niveau. Hoe reageerde men in de verschillende sub perioden van de Bataafs-Franse tijd op de informatieverwerving? Onder keizer Napoleon, in de Franse Conseil d'Etat, verzetten de Hollanders zich 'a la pedanterie burêaucratique'. Zelfs Napoleon was ervan overtuigd dat de Hollandse administratie uitging van eerlijkheid en gezond verstand, waar de Franse zoveel ingewikkelder was alleen omdat men frauduleuze en domme ambtenaren onder controle wilde houden.30 Hoe keken in ons land bestuurders en bestuurden daar tegen aan? Dat hing er ook van af, wat de overheid met al die gegevens deed. Dat is ver schillend. Ik vermeldde al dat het nieuwe in de Bataafse tijd was het gebruik van informatie als grondslag voor beleid, wetgeving en controle op de uitvoering. Zo zien we de Agent van Nationale Opvoeding in 1799 bezig." In zijn instructie stond dat hij een nieuwe geneeskundige staatsregeling moest ontwerpen. Daarvoor wilde de Agent eerst weten welke wetten en ordonnanties in het verleden op het gebied van de genees-, heel- en verloskunde golden. Er werd een oproep in de kranten geplaatst en de intermediair-administratieve besturen werden ingeschakeld. De binnengekomen gegevens zijn ook nu van belang als rechtsbronnenoverzicht en als statistiek van de medische verzorging in 1799, maar ook voor het inzicht in de totstandkoming van de Bataafse regelgeving op medisch gebied. Het zijn gegevens van geheel andere aard en met een geheel andere bedoeling verzameld en gebruikt, dan bijv. de opgaven, die ik zoeven noemde, van de hoeveelheden stro en van de aantallen paarden bestemd voor de Franse legers. In het ING-project echter worden alle enquêtes gelijkelijk be handeld, worden ook opgenomen de jaarlijkse verzoeken om begrotings- en belasting- cijfers enz., wat naar mijn mening leidt tot een uiteindelijk onevenwichtig samen gestelde database, vol met informatie, maar waarin men door de vele bomen het bos niet meer kan zien. Kafka heeft ergens geschreven dat, bij het verdrogen van de Revolutie, alleen het slik van een nieuwe bureaucratie achterblijft. Clive Church, aan wie ik dit ontleen, schrijft dan 'No matter that revolutionaries think of themselves as liberators they seem to end up by increasing the amount of officaldom and red tape'.32 Church noemde zijn boek over de Franse ministeriële bureaucratie tussen 1770 en 1850 dan ook: 'Revolution and Red Tape'. Voor ons land beschikken we voor deze periode 44 ZEELAND IN DE BATAAFS-FRANSE TIJD 1795-1814

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1995 | | pagina 46