VERDWENEN ZEEUWSE
HET KASTEEL VAN VALKENISSE GEBOUWEN
B. Oe.e
Bij toeval namen zowel mw. Leida Goldschmitz (voorzomer 1994) als de archivaris Johan Smits
(juni 1995) bij een bezoek aan het Zuidbevelandse verdronken dorp Valkenisse in een
slikachtige geul ongeveer 250 m ten oosten van de kerk een zware fundering waar.' Bij een
latere inspectie rees het vermoeden dat we te doen hadden met de fundering van een ronde
toren, die mogelijk deel uitmaakte van een groter geheel. De interpretatie van plaats en
fundering: het lang gezochte kasteel van Valkenisse.
Overlopers (historische registers van
grondeigendommen) van Valkenisse uit 15582
en 1580 melden een vro(o)ne, gelegen 'Oost
aen daer Casteel op gestaen heeft'De vrone
behoorde in 1580 toe aan de erfgenamen van
Baltasar Vilain, de man die blijkens de
overloper uit 1558 in het bezit was van een
aantal stukken land. Een vroon of vrone is
een stuk niet schatplichtig land. Uit het feit
dat het stuk waarop 'voormaels het Casteel'
stond als vrone wordt aangemerkt, kunnen we
concluderen dat dit stuk land vermoedelijk
oorspronkelijk tot het ambachtsheerlijk bezit
behoorde. Baltasar Vilain was in het bezit van
de ambachts-heerlijke rechten. Deze waren in
1511 verkocht door Philips van Valkenisse,
die zich in dat jaar van zijn Zeeuwse
bezittingen ontdeed en zich in Antwerpen
vestigde.4
De vrone zelf was in 1580 nog 1 gemet 53
roeden groot (ca. 4575 m2 of bijna een half
voetbalveld). De juiste grootte van het vroon
is overigens wat onduidelijk: in 1558 wordt
opgegeven 1 gemet 80 roeden, in 1580 zoals
gezegd 1 gemet 53 roeden; in 1637 meet de
landmeter C. Sinallegange 1 gemet 82
roeden,5 We zullen het maar op het laatste
houden. Het land was in 1580 in gebruik bij
Hendrich Marinis Gordt. Daarnaast lag nog
een vrone waarop het huis van Marinus Stoff
stond. Beide vronen lagen aan de overzijde
van 'Den Heerenwech'
Het teruggevonden fundament ingetekend op een fragment van een kaart
uit het kaartboek van C. Smallegange, 1637.
3