E. Koch e.a. (red.), Over kaken, broodbanken 6 etstoelen. Sporen van middeleeuws Nederland (Utrecht: Uit geverij Matrijs, 1995). 191 biz., afb. ISBN 90 5395 068 8. Prijs 29,95. Het is voorwaar geen geringe opgave om een beeld te schetsen van middel eeuws Nederland als je bedenkt dat de Middeleeuwen staan voor een peri ode van meer dan duizend jaar, een periode die ruwweg aanvangt met het einde van de Romeinse beschaving in de vierde eeuw en eindigt in het door Bourgondië gedomineerde herfst tij van de vijftiende eeuw. Een peri ode die bovendien in zijn staatkun dige, economische en culturele ont wikkeling in wezen uiteenvalt in meer dere 'tusseneeuwen', die weinig méér met elkaar gemeen hebben dan dat zij vallen onder dezelfde, uit een zekere mate van onmacht bedachte noemer van de Middeleeuwen. Maar wij willen graag grip houden op de tijd en gebruiken het epitheton met graagte: een middeleeuws kasteel, een middeleeuwse maaltijd, de middel eeuwse kunst. We hebben het over de donker-duistere Middeleeuwen, we lezen De Naam van de Roos en we zien het middeleeuwse epos Brave Heart. De Middeleeuwen worden er des te ongrijpbaarder, maar daardoor zeker ook fascinerender door. Het is de grote verdienste van de samen stellers van Over Kaken, broodbakken en etstoelen. Sporen van middeleeuws Nederland dat zij die fascinatie op een aansprekende wijze hebben weten over te brengen door in hun onderwerp keuze niet zozeer de beredeneerde eenheid te zoeken, de afronding of het overzicht, als wel de diversiteit. het bonte palet. Het boek is daar mee in de eerste plaats een speur tocht naar de Middeleeuwen geworden. Een speurtocht die voert langs vele, vaak op het eerste gezicht misschien wat onopvallende objecten die echter bij nadere bestudering en met het boek als leidraad een onverwacht hel der licht werpen op iets 'middeleeuws'. De in totaal 52 objecten zijn gerang schikt aan de hand van dertien thema's, die ieder een bepaald facet van de middeleeuwse samenleving represen teren. Zo is er onder meer aandacht voor de handel, oorlog, misdaad en straf, religie, landbouw, jacht en sport en spel. De thema's worden ingeleid door goed gekozen aanspre kende teksten. Bij het thema 'Hemel en aarde' is dat bijvoorbeeld een Lyedeken van Suster Bertken, die van 1957 tot haar dood in 1519 in een kluis in de Utrechtse Buurkerk verbleef. Het Lyedeken begint als volgt: Die werelt hielt my in haer gewout/Mit haren stricken menich- vout/Mijn macht had sy benomen/Si heeft my menich leet gedaan, eer ic haer bin ontcomen (De wereld hield mij ten zeerste in haar macht/Met haar vele strikken/mijn macht had zij afgenomen/Zij heeft mij heel wat leed bezorgd, voordat ik haar ont kwam) Hiermee worden de vier bij dit thema beschreven objecten, de doopvont in de kerk van Eenrum, het doksaal in de kerk van Krewerd, het mirakelbeeld in de St.-Janskathedraal van Den Bosch en het orgel in de St.-Laurenskerk van Alkmaar, anderszins in het boei ende perspectief van hun tijd ge plaatst. Drie middeleeuwse objecten bevinden zich in Zeeland. Bij het thema 'Staf en Scepter' is dat het Middelburgse stadhuis, door de betreffende auteur met begrijpelijk chauvinisme geken schetst als een 'groot laat-middel- eeuws bouwwerk, dat tot de mooiste stadhuizen van Nederland mag worden gerekend'. Het thema 'Te vuur en te zwaard' vestigt wederom de aan dacht op Middelburg, nu in relatie tot de Karolingische vluchtburg die in zijn structuur nog zo goed herken- 22

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1996 | | pagina 24