mm/24 mm) uitgevoerd in git zijn bekend uitNieuwlande (2x) (H.J.E. van Beuningen/A.M. Koldewij 1993), en Veere (R.M. van Heeringen 1987). Conclusie Luchtfoto, grondopbouw uit de boringen, hoogtemeting en mondelinge mededeling van de eigenaar Cappon wijzen erop dat we hier hoogst waarschijnlijk te maken hebben met een geëgaliseerde motteheuvel (vliedberg/kasteelberg). De diameter van ca. 30 m is goed vergelijkbaar met de afmetingen van andere vliedbergen in Zeeland. Ook de afmeting van de gracht en de opbouw van de ondergrond vertonen gelijkenis. Problematisch is de datering. Geen enkele van de gevonden scherven wijst op een datering tussen 1000 en 1250, hetgeen gebruikelijk zou zijn voor dit type monument. Het is mogelijk dat de berg al rond 1500 gedeeltelijk werd afgegraven. Naast de gracht van de berg ligt nog een verhoging met steenresten erin. Het terrein ligt in de Antwerpenpolder, die in 1417 werd bedijkt. Mogelijk is dit een gedeeltelijke herdijking van een in 1334 bij een stormvloed verloren gegaan deel van het eiland Cadzand. De kasteelberg zou dan behoren bij het oorspronkelijke eiland en is in 1334 overspoeld. Op de kaart van Nicolaas Visscher uit 1655 staat bebouwing in de vorm van een boerderij getekend. Een deel van de schuren en opstallen van de familie Cappon dateert uit de 18de eeuw. Het woonhuis is rond 1960 vernieuwd. Op grond van de datering van het aardewerk is het aannemelijk dat het terrein na de herdijking continu werd bewoond. De hoeveelheid aardewerk is echter voor zo'n lange tijdspanne veel te gering. Mogelijk werd het afval elders gestort of zelfs weggevoerd van deze plaats. In de ondergrond, met name de gracht, kunnen resten verwacht worden van vóór 1300. Slechts het graven van een proefsleuf kan hier duidelijkheid brengen. De noodzaak hiervoor is echter op dit moment niet aanwezig. Het terrein krijgt voorlopig een aanduiding op de Archeologische Monumenten Kaart als zijnde archeologisch waardevol en wordt door de gemeente op een plankaart gezet met een aanlegvergunning. Verdere egalisatie is ongewenst, evenais diepploegen, aanplanten van boomgaard of bos. Aan de gemeente zal gevraagd worden op dit terrein een aanlegvergunning te leggen, zodat geen werkzaamheden waarbij van grondverzet sprake is zonder aanlegvergunning kunnen worden uitgevoerd. 5. Archeologisch onderzoek te Westenschouwen In januari 1995 werd door de heer F. Beekman, ROB-correspondent te Zierikzee, medegedeeld dat er bouwplannen waren op de plek van de voormalige kerk van Westenschouwen (gemeente Westerschouwen). Deze kerk werd rond 1600 gesloopt omdat ze zo bouwvallig was. De toren werd in 1845 geheel afgebroken. Omdat het niet duidelijk was of zich hier nog resten in de bodem bevonden van toren en kerk, werd op 9 februari door B. Oele (PDB) en E. Vreenegoor (ROB) een verkennend booronderzoek uitgevoerd. Op het te bebouwen terreintje stonden nog een kapschuur, bomen en een loods. In een aantal boringen werd puin aangetroffen. Achter een huis, dat in 1994 werd gebouwd ging de boor met geen mogelijkheid de grond in. Padverharding? Conclusie van dit booronderzoek was, dat er waarschijnlijk niet veel meer restte van de kerk, er veel verstoringen waren en dat het terrein nat was en veel puin bevatte. Op het gemeentehuis deelde dhr. Van Meerten, directeur gemeentewerken, mee dat in 1994 bij de bouw van het nieuwe huis zeer veel menselijk botmateriaal naar boven was gekomen. Op deze plek lag vermoedelijk het kerkhof. In een volgend gesprek met Van Meerten (31 maart) werd besloten op dit terrein nog een paar proefsleuven te trekken, alvorens het vrij te geven voor de bouw van vakantiehuisjes. De gemeente maakte 27

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1996 | | pagina 29