en Groningen aan bod. Het boek wordt
besloten met een conclusie (hoofdstuk 8) en
lijsten van gevonnisten en van vrijgelaten
gevangenen (bijlagen 1 -IV).
Sodomie op de toren
In januari 1730 verklaarde de portier van de
Utrechtse Domtoren dat hij diverse malen
had geconstateerd dat er sodomie op de toren
was gepleegd. Het Utrechtse stedelijke
gerecht berechtte vervolgens in vijf maanden
meer dan 15 verdachten. Dit voorbeeld kreeg
elders een spectaculair gevolg: als een inkt
vlek breidden vervolging, arrestatie en
berechting van homoseksuelen zich over
andere plaatsen en provincies uit. Boon gaat
hier, op basis van nauwgezet
bronnenonderzoek, uitgebreid op in. Tussen
mei en september 1730 werden de meeste
vonnissen uitgesproken en vonden talrijke
terechtstellingen plaats. Dit veroorzaakte
veel opwinding en sensatie in de Republiek
en trok, mede door publicaties hierover, ook
in het buitenland de aandacht. Vanaf april
1731 vond in Oost-Groningen een hevige
vervolging plaats (de beruchte processen van
Faan), met als resultaat een massa-executie
te Zuidhom (24 september 1731). Pas in de
loop van 1732 kwamen de vervolgingen tot
een einde. Maar toch vond nog af en toe (tot
1737) een opleving plaats.
Alleen in Drenthe, Salland en Twenthe,
Brabant en Zuid-Limburg vonden nauwelijks
vervolgingen plaats.
Voor Zeeland en Gelre zijn voorts de
gegevens over sodomietenvervolging vrij
schaars. Voor Zeeland zijn slechts vier
Middelburgse vonnissen (één doodstraf en
drie verstekvonnissen) bekend (p. 328). In
1730 werd hier Nicolaas Steenput wegens
sodomie aan een paal gewurgd en in 1731
werden drie voortvluchtigen (Bartel France,
Abraham Lamere en Pieter Arteel)
ingedaagd (p. 187).
Ik vraag mij af of er niet meer over
homovervolgingen in Zeeland in 1730-1731
te vinden is. Het betreft hier een grotendeels
braakliggend terrein, aangezien er vrijwel
geen onderzoek naar gedaan is.
Het afschuwelijk crima der sodomie
In meer algemene zin heeft de Middelburger
Hendrik Brouwer (1769-1837) zich daar
reeds zo'n 200 jaar geleden mee bezigge
houden. Brouwer was een wijnkoper, die een
aantal interessante geschriften heeft
nagelaten. Daarbij is een soort encyclopedie
(iOlipodrigo van singuliere en intressante
aanteekeningen meest betrekkelijk de
Provincie van Zeeland en wel in 't bijzonder
de Stad Middelburg), omstreeks 1800 door
Brouwer samengesteld en geschreven.
Klaarblijkelijk was hij nogal in het
onderwerp geïnteresseerd aangezien hij er
tamelijk uitgebreid op ingaat. Brouwer
ontleende zijn gegevens aan diverse boeken
en archieven, waaronder het - verloren
gegane - 'ruig register' (een register met
rechterlijke vonnissen).
Overigens vat Hendrik Brouwer het begrip
'sodomie' ruim op. Hij begrijpt hier zowel
homoseksualiteit als bestialiteit onder.
Brouwer noteerde in zijn Olipodrigo onder
meer het volgende:
SODOMIEWillem de Meester, is over
sodomie, buijten de Noord Dampoorte, aan
een staak verbrand, alwaar een potente
wierd opgerigt, met een klippele daar aan
hangende. 4 Jann. 1544. Ruig Reg:
Sodomie. Cornelis Jacobs, trachte sodomie
te plegen, is 50 jaar en I dag op de galeij
gecondem[neert], 29 April 1568.
R: Reg.
Sodomie. Bastiaan van Meerink, levendig tot
pulver verbrand, met confiscatie van
goederen, om dat met een koeije had te doen
gehad, alvorens moest de koeije in zijn
bijweesen gedood werden, en dan tegelijk
met hem verbrand. 4 Maart 1604.
Ruig Reg.
Sodomie. Jacob Lucas, beschuldigt over
sodomie, wierd verklaard inhabil tot eenige
bedieninge, gegeseld en gebrandmerkt.
Voorts 50 jaar in een secrete plaats
geconfm\ee rt]
16 Sept. 1655.
Reg. Ruig.
Sodomie. Claas Steenpit op steen gewurgt,
en in een zak genaaijt, in zee geworpen, met
confiscatie over sodomie.
27 Julij 1730.
R.R.
Sodomie. Barth Franzen over sodomie
35