gevlugt, voor altoos gebannen op nadere straffe met confiscati. 28 Apr: 1732. Ruig Reg: Sodomie. S. Tiller over sodomie, binnen en buiten gehangen, en zijn socius Jan Areshoek oud 15 Jaar, wierd onder een andere galg naakt gebonden, om de capitale executie also aan te schouwen, daarna gegeseld en gebrandmerkt met de strop om den hals, en geconfm[eert] in 't Tugthuis voor 25 jaren zonder acces, om aldaar met zijn handen de kost te winnen, voorts voor altoos gebannen uijt de 3 provintien sonder confiscatie. Deese sodomie was gepleegd op een O.I. schip, leggende voor Rammekens (NB den stadsbailliuw was eijsscher). 5 Julij 1734. Ruig Reg:' Verderop schrijft Brouwer: SodomieDit afschuwelijk crima plagt eertijds meest hier te lande in Gevangenishuizen of in verborgen plaatsen te worden gestraft met verwurging en daarna met een zak in zee geworpen. Tot het jaar 1730, wanneer die misdaad algemeen toenam, waarop de Staten van Holland en Westfriesland een placaat emaneerden dato 21 Julij 1730, waarbij gestatueerd wierd 1. Dat de misdaad vervolgens altijd publiek zoude worden gestraft. 2. Dat dezelver volgens de Goddelijke en beschrevene r egt en zal worden gestraft met de dood, dog dat de soort van doodstrav zal worden gelaten aan den r egt er, om dezelve te decerneren na gelegenheid en omstandigheid. Dat de geene, welke zullen werden overtuigd van haar werk te hebben gemaakt van andere te debaucheren ofte verleiden tot de voorsc[hreven] gruweldaad of van haare huis en tot vuil gewin te leenen tot het pleegen derzelve, schoon niet overtuigd van in eige persoon zig daar meede te hebben besoeteld, meede met de dood zullen werden bestraft. 4. Dat de lichamen van de geexecuteerden immediatelijk na de executie publicquelijk zullen worden tot assche verbrand, in zee geworpen of op de galgevelden opgehangen of ten toon gesteld als de begravenis onwaardig zijn. 5. Dat de vonnissen ter zake van de voors[eide] misdaad te wijsen bij contumacie tegen de voortvlugtigen zullen worden gedrukt, door ordes van den regter dezelver gewesen hebbende, en vervolgens gepubliceerd en geaffigeerd ter plaatse alwaar zulks gebruikelijk is. 6. Recommandatie aan de Hoven van Justitie en Geregten om op de redenen van absenti van personen welke zig sedert de tijd dat de recherche der schuldige is rugbaar geworden te informeren. Hendrik Brouwer heeft in zijn tijd al onderzoek gedaan naar de vervolging en veroordeling van homoseksuelen in Middelburg. Wellicht dat hier in onze tijd, naar aanleiding van het boek 'Dien godlosen hoop van menschenvan L.J. Boon, voor de provincie Zeeland een vervolg aan gegeven kan worden. Besproken bock: L.J. Boon, 'Dien godlosen hoop van menschen Vervolging van homoseksuelen in de Republiek in de jaren dertig van de achttiende eeuw (bezorgd door I. Schöffer, m.m.v. J. Roelevink, J.P. de Valk, A.J. Veenendaal jr.) (Amsterdam: De Bataafsche Leeuw, 1997). 415 biz., afbn., lit. opg., reg. ISBN 90.6707.4- 42.X. Prijs: 59.-. Geraadpleegde bronnen en literatuur: Gemeentearchief Middelburg. Collectie Brouwer, inv.nr. 15 ('Olipodrigo'). Journaal van een wijnkoper. Belevenissen van Hendrik Brouwer (1769-1817) (samenst. en inl Peter Sijnke) (Middelburg 1995). 36

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1996 | | pagina 38