De omhul ling van hel monument op 6 september 1937 door koningin Wilhelmina Onder de wachtenden bevonden zich de beeldhouwer Ettienne met zijn ouders, zijn vrouw en zijn leermeester prof. A.W.M. Odé (oud-hoogleraar aan de TH te Delft) en een van de directeuren van de Rotterdamse Steenhouwerij, de heer Ruymmaart. Verder de nodige bestuursleden en 'vips'. Op het afgesproken uur reed de koninklijke auto voor de tribune, die bij de Graanbeurs stond opgesteld tegenover het monument. Na een begroeting door de burgemeester van Middelburg Mr. Femhout en het aanbieden van bloemen door zijn dochtertje zette het Muziekkorps het Wilhelmus in, dat staande werd aangehoord. De koningin kreeg een luxe uitvoering aangeboden van het tekstboekje van de liederen die zouden worden gezongen. Na toespraken van de voorzitter van het Comité voor oprichting van het monument en de commissaris der koningin jhr. mr. J.W. Quarles van Ufford prees hare majesteit de aanhankelijkheid van de Zeeuwen jegens haar koninklijke moeder. Voor het grote moment van de onthulling was een speciaal ritueel bedacht. De koningin hoefde slechts op een belknopje te drukken of een zestal Middelburgse jongedames verwijderden de zes van een mast neerhangende delen van het doek dat het monument aan het oog onttrok; direct daarop werd de mast gestreken.19 Het monument was nu voor aller ogen te aan schouwen. Na de onthulling verliet de koningin de tribune en begaf zich over een loper naar het standbeeld, om als eerste een krans neer te leggen aan de voet van het monument dat zij van alle kanten bewonderde. Het zangkoor zette daarop het 'In memoriam Hare Majesteit Koningin Emma' in, door de heer Bosdijk gedicht en getoonzet. Daarna kregen vertegenwoordigers van een zeventigtal verenigingen of corporaties gelegenheid bloemen of kransen neer te leggen aan de voet van het beeld, waarbij de commissaris van de koningin en de burgemeester voorgingen. De laatste krans werd gelegd door de voorzitter van het Comité. Tijdens dit onderdeel van de plechtigheid liet het Muziekkorps 13

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1996 | | pagina 15