ADTEBTEHTIEB.
Doctor DE PUIJT
brengen. Hij had een rood puisterig gelaat,
kleine ogen en voortwaggelend stiet hij
steeds grommende geluiden uit alsof hij
aldoor in zichzelf liep te praten. Sommigen
beweren zelfs dat hij op rijm sprak en vaak
de naam herhaalde van de vrouw, die hem
eens zo beminde.
Over de jaren 1886-1889 vernemen we niets
van dokter De Puut. Mogelijk is hij na zijn
ontslag uit de werkinrichting gaan varen,
zoals dr. De Man meedeelt. Omdat de
zeelucht hem geen goed deed zou hij
hiermee weer zijn gestopt en begon zijn
zwervend leven opnieuw. Pas in de jaren
1889 en 1891 wordt hij een enkele keer
verkleumde handen. Kort hierop is hij
gestorven. Na zijn overlijden was er slechts
één krant die met een paar regeltjes stilstond
bij het heengaan van deze markante Zeeuw:
Woensdagavond overleed te Middelburg
de welbekende geneesheer Anthony de Puit.
De overledene, die den 22 October 1833 te
A ardenburg werd geboren, genoot zijne
opleiding aan de vroegere klinische school
te Middelburg. Met hem is een bekend,
treurig type van Middelburg 's straten
verdwenen wiens heengaan toch nog door
vele welke door zijne bizondere kunde in
genezen en helen van een wissen dood
werden gered, wordt betreurd' (De Zeeuw,
zaterdag 16 april 1892).
i< t r S I d <U To.fkvi
i« d» H««{»tr»4t wjjk i *o. !J1, t^j
T. H. TAN DIK VKNNS.
geverbaliseerd omdat hij zich dronken op de
openbare weg bevond. Zijn drankmisbruik
was echter toen niet verminderd, maar
veeleer liet men hem maar aan zijn lot over,
omdat hij toch niet meer te redden was.
In Goes lag hij nogal eens zijn roes uit te
slapen op de Markt. Kwam er een
dienstdoende politieagent voorbij, dan legde
die zijn hoofd goed, dekte hem toe en zei
dan tegen het publiek: 'Mensen, hae noe
deur, ie leit te praktiezere.
Het einde
In april 1892 was De Puyt tijdens een
zwerftocht zo door de kou verstijfd, dat hij
drie dagen voor een gloeiende kachel zat.
Zelfs brandewijn werd door hem geweigerd
en tot zijn hospita zei hij: 'Ikga sterven,
roep, zoo ge niet alleen wil blijven doctor
De Man, die is de eenige die er nog wat van
weet!De juffrouw ontbood zijn oude
leermeester. Toen deze kwam trof hij
Anthony reeds in coma en hij constateerde
dat hij leed aan trismus en tetanie. Het was
onmogelijk zijn stok los te maken uit zijn
ü*4m Av» nl«t iwW"
trnim. <*•'-£«. t— Qtv—rit IXtkivr
ANTftOMU PK POUT. la <*a HMn >u
'*im IA ,«v.
7.J|« HfR
i_ A. m PUUT,
U1M1U b/4 Bill. Bftrw. M
UIIUMlMtf, 14 Aartt l#»l.
Volgens dr. J.C. de Man volgden velen zijn
laatste gang naar de begraafplaats.
Tot slot
Dr. De Man schrijft in zijn artikel over
Anthony de Puyt dat zijn vrouw hem bij hun
echtscheiding jaarlijks vierhonderd gulden
bemaakte, zodat hij voor gehele armoede
was beschut, doch hiervan is tot dusverre
niets uit de archieven gebleken.
L. Bootsgezel (PZC, 23 februari 1949) uit
Cadzand wist zich nog te herinneren, dat
dokter De Puut in consult was geroepen aan
een koninklijk ziekbed, waar hij zijn
diagnose stelde, volgens welke echter
genezing van de vorstelijke patiënt
uitgesloten was. Zijn diagnose bleek ook
toen de juiste.
Volgens A.H. van der Feen (PZC, 12
februari 1949) zou dr. J.C. de Man ooit eens
tegen zijn dochters hebben gezegd:
31