'DE KOST IS AAN BOORD OPPERBEST'
Het eten aan boord van de N.A.S.M.-schepen in de jaren 1888-1890
Ad Weststrate
in de jaren 1888-1890 emigreerden zo'n 4000 Nederlanders naar 'De Argentijnsche Republiek'.1
Van die 4000 waren er naar schatting 800 afkomstig uit de provincie Zeeland.2 In de Zeeuwse pers
van die dagen werd deze landverhuizing intensief gevolgd en becommentarieerd. In de brieven van
emigranten die in de pers gepubliceerd werden, valt op dat men zeer positief oordeelde over het
eten aan boord van de schepen der Nederlandsch Amerikaansche Stoomvaart Maatschappij
(N.A.S.M.) die het vervoer verzorgden. Hoe kwam het toch dat de emigranten zo lyrisch werden
over bruinebonensoep, gezouten vlees, aardappelen, gort met rozijnenen over wittebrood met
kaas?
In het vroege voorjaar van 1889 maakt de
Yersekse correspondent van de Goesche
Courant de balans op van de enige maanden
eerder begonnen trek naar Argentinië. Hij
baseert zich op de informatie die tot dan toe
via brieven en dergelijke beschikbaar is. De
briefschrijvers oordelen overwegend
positief. Dit positieve oordeel is gebaseerd
op twee hoofdzaken: de landverhuizers
krijgen goed te eten, en tot de verrichting
van de hun aangewezen werkzaamheden
worden hun alle mogelijke faciliteiten
verleendGoed te eten krijgen was blijkbaar
van groot en zelfs doorslaggevend belang bij
de beoordeling van het succes van de
overtocht.
Honger in Nederland
Het is vandaag de dag moeilijk om een
goede voorstelling te maken van het belang
dat in die tijd gehecht werd aan een
voldoende voedselvoorziening. In de vorige
eeuw echter was voldoende beschikbaarheid
van voedsel allerminst vanzelfsprekend.
Vooral in de veertiger jaren van de 19de
eeuw waren schaarste aan voedingsmiddelen
en zelfs honger niet onbekend. In 1845 stak
voor het eerst de aardappelziekte de kop op
en de daarop volgende jaren leverden
herhaalde misoogsten op. Men schat dat in
de jaren tussen 1846 en 1849 in Nederland
ruim 53.000 mensen omkwamen van de
honger. Vooral de 'lagere volksklassen'
waren sterk afhankelijk van de aardappel als
voornaamste voedsel. In die dagen werden
met name de armen in de steden ernstig
getroffen door de aardappelmisoogsten.
Voedselrellen waren aan de orde van de
dag, eerst in de steden in het westen en,
tijdens een tweede golf van onrust, ook in de
4