WAAR LAG HET SCOUDEMAREDIEP? K. Kareis Volgens de blijkbaar algemene opvatting was 'Scoudemarediep' ooit de naam voor de uitmonding van de Grevelingen in de Noordzee, gelegen ten noorden van Schouwen en later bekend als 'Brouwershavense Gat'. De oude naam komt slechts één keer in de stukken voor, en wel in een duidelijk valse oorkonde. Ik moet aannemen dat die algemene opvatting een misvatting is, en dat met 'Scoudemarediep' in werkelijkheid het diepe werd bedoeld langs de laagwaterlijn van de Oosterschelde ten zuiden van Schouwen. In het nu volgende verhaal probeer ik duidelijk te maken, waarop mijn veronderstelling berust. Voor vragen en kritiek houd ik me aanbevolen. Huidige opvatting Ik begin met in tijdvolgorde op te sommen wat ik over het onderwerp heb kunnen vinden in de vakliteratuur. 1866 - Van den Bergh (dl. I p. 264) geeft de volledige Latijnse tekst van de oorkonde onder het volgende opschrift: 'No. 491 Bisschop Otto verklaart dat graaf Willem II aan de abdij ter Does geschonken heeft zekere landen tusschen de zee, de Maas en de Widele gelegen, met uitzondering van de hulde te Abbenbroek. voor 4 April 1249.' Ik volsta met uit deze tekst de opsomming van de omringende wateren te citeren: 'inter Mare et Masam et Widela et Westerlech et Sonnemare et Scoudemarediep.Verder merk ik alvast op dat Ter Doest in Vlaanderen ligt, en dat noch de Latijnse tekst noch Van den Bergh zeggen dat het hier om de 'Heerlijkheid Voorne' zou gaan. 1920 - Beekman (p. 99) verwijst naar de door Van den Bergh uitgegeven tekst, en concludeert dat de daarin vermelde omringende wateren de oude natuurlijke grenzen van de heerlijkheid Voorne waren; het Scoudemarediep noemt hij 'nu een deel van het Brouwershavensche Gat. 1937 - Huizinga (p. 12) conformeert zich aan Beekman als hij van het door de opgesomde wateren omringde gebied zegt: 'dat wil zeggen Oost- en Westvoorne. welke laatste thans door Goeree en een deel van Overflakkee gerepresenteerd wordt, met inbegrip van het eiland Bommenede, thans het noord-oostelijk deel van Schouwen. Het Scoudemarediep kan, gelijk men bij Beekman kan nalezen, niet anders geweest zijn dan het meest westelijke deel van de Grevelingen. 1955 - Schonfeld (p. 196) sluit zich bij Huizinga aan: Opheldering over deze namen en hun verhouding tot elkaar danken wij alweer aan Huizinga in diens bovengenoemde verhandeling. Het Scoudemarediep was het meest westelijk deel van de Grevelingen, het Brouwershavense Gat.' 1967 - Ook De Cock (p. 108) houdt het bij Huizinga. Over de grenzen van het vroegere graafschap Masalant schrijft hij: 'Die siidliche Grenze ist die Scheidung zwischen Voorne und Scaldemariland, dem Scoudemaretief, ungefahr die jetzige Grevelingen. 1970 - Koch (p. 606, nr. 422) geeft op zijn beurt de Latijnse tekst van de oorkonde, en wel onder het opschrift: 'Otto II, bisschop van Utrecht, verklaart dat graaf Willem I van Holland en Zeeland aan de abt en de monniken (van) ter Doest het land tussen Noordzee, Maas, Widele, Westerlek, Zonnemere en Scoudemare, met alle rechten, behoudens de hulde van de bewoners van Abbebroek, heeft geschonken.' Zijn datering bovenaan is '1216 juni 22 - 1222 febr. 4', maar bij de bronvermelding noemt hij het charter een 'Schijnbaar origineel' uit de '13e-14e e.'. Dit verschil wordt verklaard in zijn toelichting: 'De oorkonde is blijkens het zegelbeeld Otto II: dit falsum heet dus te dateren uit de periode waarin deze bisschop en graaf Willem I gelijkertijd regeerden.' Uit de toelichting citeer ik verder: 'Deze oorkonde geeft te verstaan, dat de graaf van Holland (en Zeeland) de gehele heerlijkheid van Voorne aan het klooster ter Doest zou hebben geschonken. Van zulk een kapitale schenking bestaat geen oorkonde van Willem I zelf, en ook uit andere oorkonden is hierover niets bekend. Ook uiterlijk vertoont deze oorkonde kenmerken van onechtheidv' 1979 - Hoek (p. 127) noemt onder verwijzing naar Koch (1970) de betreffende oorkonde 'een oorkonde van circa 1220'en hij vervolgt: 'Hierin wordt het gebied dal rechtstreeks door de heer van Voorne wordt beheerd, omschreven als te liggen tussen de zee, de Maas, de Widele, de Westerlech, de Sonnemare en het Scoudemarediep, met 10

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1997 | | pagina 12