punten vragen, daar hij om de heg heen mag
meten.
Bks. tekent aan als beloning voor de
winnaar: hij mocht na de gebruikelijke roep
nog eens de knevel wegslaan, dan snel zijn
stok over de kute leggen en achterwaarts
weglopen, terwijl de vanger de knevel tracht
te vangen, of, als dat mislukt, de stok tracht
te raken met de knevel. Gelukt noch het een
noch het ander, dan moet hij, vooruitlopend,
de winnaar inhalen en hem op zijn rug naar
de kute dragen. Vóór het begin van het spel
wordt bepaald, wie het eerst de stok zal
hanteren, dit gaat aldus: elk mag driemaal
de knevel tikken, wie de knevel het verst
heeft weggetikt, mag beginnen.
Hetzelfde spel is in Z.V.W. bekend onder
de naam pienkeren, zie aid.
Onder de naam kneuvelen wordt dit spel in
het L.v.H. minder ingewikkeld gespeeld.
Er wordt een kring getrokken van circa 25
cm middellijn; op enkele meters afstand van
deze kring is de meet, waar de spelers zich
opstellen, om de kneuvel binnen de kring te
mikken, door een tik met een stok op één
der uit einden. Zie: voskie.
kot 1. hok, verblijfplaats voor dieren.
't kot: vrijplaats bij het tikkertje spelen:
zelden; gegeven door W. (Srk.; Ok.) Z.B.
(Ier.); Z.V.W. (Bks.; Cz.; Rtc.); Zie:
hoenk.
de kruus(se) kruus: vrijplaats bij het
tikkertje spelen: ik kruus: ik sta op de
vrijplaats: geg.door W. (Wkp.). Zie; dóód,
lot, vrie.
kutseken doen tikkertje, krijgertje spelen:
L.v.H. (Lam.; Gra.); Wdo. Zie: katje
spele(n).
lest laatst: Alg.
lést: het laatst, bv. lést komme(n): Alg.
(alleen Ogp. geeft 't lest); mekaor(e)
mekander, lest geve(n): het laatste tikje
geven bij het tikkertje (bv. bij het naar huis
gaan); wie lest kriegt, is er aan bij de
hervatting van het spel: geg.door Z.B.
(Ktg.); L.v.A.; Ofl. (Odt.); m.m. L.v.H.
(Lam.); mekaor enz. 't leste, 't les(t)je
geve(n): W. (Aag.); Z.B.; L.v.A.; G.; Ofl.
(Mdh.; Odt.); Jie (joe) (h)eitd'n lesten, 't
leste: je hebt de laatste tik gekregen: m.m.
Ier.; Tin.; G.; Ofl. (Odt.); het spelletje heet
les (t) je doe:: Bh.; lesteman, lesje-de-man
doe:: Ok.; ('t) leste spele: Ks.; klesje
spele(n); doe:(n): m.m. Z.B. (Kpl.); T.
(Tin.); Sch.-D. (Kwv.; Otl.Bns.); Z.V.W.
(Bks; Cz.); L.v.Ax.; 't leste doe: Ofl.
(Mdh.; Smd.).
Vooral gespeeld van school naar huis
naderde je je huis, dan gaf je een van het
troepje een tik, met de woorden 't leste en
trachtte in huis te komen vóór je een tik
terugkreeg. Lukte het niet dadelijk, dan
werd het herhaald bij een ander.
Zie: aofje
lot vrijplaats bij het tikkertje spelen: W.
(omg. Mdb.; Njoos.; Amd.; Vre.; Kod.;
Srk.; Ok.; Dob.; Aag.); 'le:r is lot: hier
mag niet getikt worden.
Aant.; omg. Mdb. geeft de aanhef van een
afteldeuntje: Pot, ie:r is lot. Zie: buut;
dóód; honk; kot; vrie.
opkriegertie doe:(n) krijgertje, tikkertje
spelen: N.B. (Kg.); G. (Gdr.); Ofl. (Mdh.).
Zie: poesken, tikje, vangertje.
pot uitdrukkelijk afwijkend van A.N.; 1.
(pot kookpot, pan).
Rijmpje: Roe:re(n), roe:re(n), potje mé
(enz.) brie, Ajje m'n eit, (ziet) dan eije me
nie: bijh. rakkertje spelen; degeen die dit
zingt, hurkt op een afstand van de tikker
neer en 'roert' over de grond, bij wijze van
uitdaging: Z.eil.; Z.V.W.; L.v. A.
(Ax.; Nz.); G.; (Gdr.); Ofl. (Mdh.; Smd.);
de tweede regel heeft talrijke varianten,
b.v.ajje me vangt.Dob.ajje me zie. t
Dsr.ajje me zie:t, dan ken je me nie:
Ok.; ajje 't 'art eit, komter is bie: Ok.;
Wkp.; Ktg.; Kb.; Ank; m.m. Mdh.; Smd.,
ajje me tikt, dan doe.k 't nie: Hkz.; Kn.;
38