ajje me tikt, dan bink er bie: Kb.; ajje me
tikt dan ouw je me nie: Bks.; ajje d'r
ankomt bin je d'r bie: Kb. Aant.potje, in
de bijz. bet. nest, vooral van op de grond
broedende vogels, b.v.: 'n potje mé
èndeiers, zie: èndepotje.
raekende-(raokende)-mis rakelings langs,
over, enz.
Als speelterm, b.v. bij overlopertje,
tikkertje spelen knikkerspel, ringrijden,
biljarten. Voorb.: 't schol (scheelde) niks of
'k ao je getikt. - Jaet, 't was raekende-mis:
Aag.; Z'n mèrbel schoot raokende-mis lanst
de mienen: Obg.; Ie ao driemèl achter
mekaore de rienk gestoke, mè de vie.rde
kéér was 't raekende-mis: Njoos.; A. (bij
het biljarten): Da was raokende-mis;—B.
Jao, 't was beter misselik raok: Lam.
Via de bet. het scheelt geen haar wordt de
uitdr. syn.met bijna: 't Was raekende-mis of
'k ao 't kind omvaore geree, 't schoot inééns
over de wegt: Osb., Dae was 'k tö(ch)
rikende-mis van de trap eva.l'n: Kn.
renne renne doe:(nspele(n): een soort
tikkertje spelen, waarbij degenen die getikt
zijn, zich aansluiten bij de vangers, zodat 'n
renne (rij, hand-in-hand) gevormd wordt,
die steeds langer wordt: Z.B. (H.h.; Hkz.;
Kn.; Kpl.Ier.; RIL). Aant.: bij een variant
van dit spel, werd van het begin af gevangen
door twee jongens, die elk het eind van een
stevig touw vasthielden; wie gevangen werd
sloot zich aan bij het touw. Bij het drukker
worden van het verkeer met fietsen (eerst
kwart van deze eeuw) werd dit spel
verboden: Ril. Verg.: reke.
schaer(e), schaor (kinderspel): overlopertje
met een 'schaar' vangers: de getikte spelers
sluiten zich bij de schaar aan. Het vangen
begint met de uitroep schaer(e)! schaor!:
m.m. W. (Mdb. en omg.; Vs.; Njoos.; Ok.;
Wkp Z.B. (Wolf.; Hkz.; Kwd.); T.
(Anl.); Phi.; Sch. (No.); Z.V.W. (Bks.;
Zdz.; Bvt.; Adb.); Ofl. (Mdh.; Smd
Aant.: de vorm schaer(e) ook Z.V.W.
naast, schaor. Schaertje doe:: geg.door Ok.
(oud): op Z.B. is het spel bekend onder de
naam renne (z. aid.), het sein, dat het
vangen begint is: schaere rekt uut, aldus
geg.door Hkz.
In Nz. kent men het spel onder de naam:
koekebakkerie met bijbehorend rijmpje, al
tikkend gezegd: één twéé drie
'koekebakkerie'Tikje, daje'm zie (bent). Het
spel werd op pleinen (b.v.
schoolplein, Abdijplein te Mdb.) gespeeld,
nog eerste kwart van deze eeuw.
Een oud-Middelburger geeft Schaer de wie-
Wat doe je -Loslóópe en vastkappe als sein,
wanneer de schaar de startplaats (d'n dóód)
verlaat. De vervolgde mag proberen de
schaar te breken.
Opm. mogelijk is de naam in verband te
brengen met knipschaar, die zich bij het
vangen sluit.
Als syn. met troep kan de benaming niet
inheems zijn, zie: kóóie, kro, troppe.
takkertje tikkertje, rakkertje doe:, speule:
tikkertje spelen: Ofl.; takje doe:spele:
Anl.; Mtd.; takjetein spele: Phi.; takke(n):
Ofl.; overig, tikkertje, tikje, doe:ë(n);
spele (n). Zie: klesje, vangeman.
vangeman, vangerman(tje) doe:(n),
spele(n): krijgertje, tikkertje, spelen: m.m.
W.; Z.B. (Hkz.; Ktg.; Kpl.; Ier.; Kn.;
Wmd.); Phi. Aant.: de tweede vorm
geg.door Njoos.; Z.B. (z. bov.); Phi.; ook
vangerdeman(tje): Hkz.; hierbij het aftel
deuntje: Errke, dèrrke denen-dof -Kaatje
fiemele, foemel-fof - Eune-neute,
poppeteute- O-ef-of, geg.door Ovz.
Vangeman-deu-d 'n-dubbe)entikkertje
waarbij degeen die er aan is, tussen twee
strepen staat.
Wie getikt is, moet helpen vangen: W. Zie:
vangertje en verg. klesje, kutseken,
opkriegertje, poesken, takkertje, tikje.
vangertje doe: n), spele(n) krijgertje,
tikkertje spelen: W. (Mdb.; Vs.; Vre.;
Amd.); N.B.; Sch.-D. (Dsr.; Ow.);
39