meest interessante) niet te zien. Uitgaand van de beschrijving en de tekening van Anne Roes13 is op de achterkant één enkel rune-teken te zien. nl. de 'dagaz'.14 Voor de betekenis van dit teken moe ten we naar de Germaanse runen. Daar betekende het 'dag(licht)', symbool van het licht, welvaart en rijke oogst. Een verbinding met de zonnecultus ligt voor de hand. De 'dagaz' betekende licht in die donkere wereld met zijn vele levensbedreigende gevaren. Maar de 'dagaz' is alleen te zien als we het voorwerp een kwartslag draaien. Tot nu toe is het voorwerp altijd afgebeeld en tentoonge steld met de 'tanden' naar boven. Als de 'tanden' naar links of rechts wijzen staat de rune in de goede positie. Dit zou misschien een aanwijzing kunnen zijn voor het gebruik van dit voorwerp, waarvan de functie tot nu toe niet duidelijk is. Conclusie Niet alleen in het noorden van Nederland zijn voorwerpen met runen gevonden. Vorig jaar zijn er in het tracé van de Betuwelijn ook voorwerpen met runen opgegraven en in Zeeland is de kans groot dat men er eveneens meer zal vinden. Het runenteken op het voorwerp uit Ritthem is met zekerheid vast te stellen. De runentekens op de Oost-Souburgse kammen zijn waarschijnlijk een vermenging van echte runen en versieringen. Het zijn mijns inziens aanwijzingen voor bewoning uit noordelij ke streken van Europa hier in Zeeland, en met name op de burg in Oost-Souburg. De woorden van de runendeskundige R. Derolez zijn nog steeds van toepassing op ieder onderzoek in dit vakgebied: and almost any new discovery may oblige us tomorrow to abandon or modi fy views that seem well-founded today'.15 *Dit artikel is bewerkt door B. Oele. De erin geuite visie komt uitsluitend voor rekening van de auteur. Noten 1Epigrafisch schrift: schrift betrekking hebbend op of bestaande uit in- en opschriften. 2. Robert M. van Heeringen, Peter A. Henderikx, Alexandra Mars (red.), Vroeg-Middeleeuwse ringwalburgen in Zeeland (Goes/Amersfoort 1995), pag. 194-195, fig. 134 en 135D. 3. J. Hines, 'The Runic Inscriptions of Early Anglo-Saxon England', in: Britain 400-600: Language and History (Heidelberg 1990), pag. 450. 4. Anna Roes, 'Les trouvailles de Domburg, Zélande', Berichten van de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek vol. VI, 1955, pag. 85, fig. 12 a, b. 5. Marlies Philippa, Aad Quak, Runen, een helder alfabet uit duistere tijden (Amsterdam 1994), pag. 145-157. 6. Klaus Düwel und Wolf-Dieter Tempel, 'Knochenkammen mit Runeninschriften aus Friesland. Met einer Zusammenstellung aller bekannten Runenkamme und Beitrag zu den friesischen Runeninschriften', Palaeohistoria vol. XIX, 1968, pag. 353-391. 7. Zie noot 2. 8. Torsten Capelle, Die karolingischen Funde von Schouwen (Amersfoort 1978), pag. 117. 9. Zie noot 3, pag. 450. 10. Ralph W.V. Elliott, Runes (Manchester 1989), pag. 62-63, afb. V. 11. Zie noot 9, pag. 101, fig. 3. 12. Zie noot 2, pag. 206-212. 13. Zie noot 3, pag. 79. 14. Zie noot 9, pag. 73. 15. R. Derolez, 'Runic Literacy Among Anglo-Saxons', Britain 400-600: Language and Histoi-y (Heidelberg 1990), pag. 401, 1.15-17. 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1999 | | pagina 7