De eerste reis van Tasman en Visscher naar Australië Uit: F. Valentijn, Oud en Nieuw Oost-Indiën (1726) voldoende om hen af te schrikken). Daarna doorkruisten ze er de wateren, stootten op een derde eiland, dat ze De Goede Hoop (Niuafu) doopten, om vervolgens op 13 mei hun tocht voort te zetten naar Java.4 De tweede ontmoeting geschiedde in de ochtend van 21 januari 1643. De Hollanders waren vooral voorzichtig, de Tonganen eerder nieuwsgierig. De Hollandse bevelvoerder, schipper Abel Janszoon Tasman, was zes maanden daarvoor met het jacht Heemskerck (60 koppen) en het fluitschip Zeehaen (40 koppen) van het eiland Mauritius uitgevaren om in opdracht van de Gouverneur- Generaal van Indië, Anthonie van Diemen, het mysterieuze Terra Australis Incognata, het onbekende Zuidland te vinden. Van Diemen had zich bij het formuleren van de opdracht en het uitstippelen van een juiste route laten adviseren door de Vlissinger Franchoijs Jacobszoon Visscher, een ervaren zeeman en bekwaam cartograaf. Visscher zeilde als tweede man in de functie van piloot-majoor zelf ook mee. Hij zou 'wesende dese reyse [vooral] met syne communicatie geconcipieerd zijn en zijn oordeel zou door commandeur Tasman 'in behoorlijke achtinghe' moeten worden genomen.5 Afgemeten aan zijn doel was de ontdekkingsreis weinig meer dan een mislukking, aangezien Australië volkomen gemist werd. Maar het was een mislukking in grootse stijl, want de Drents-Groningse zeeman en zijn Vlissingse compaan leverden een belangrijke bijdrage aan de geografische kennis en wisten als eersten aan te tonen dat Australië, of Nieuw Holland zoals het toen genoemd werd, niet aan de Zuidpool grensde. Daarenboven vonden zij enkele kusten en eilanden, waarvan, conform de instructie, de positie en de kustprofielen nauwgezet gekarteerd, respectievelijk beschreven werden. De uitvoering van dit gedeelte van de instructie viel 15

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2000 | | pagina 17