Feest en vermaak. Sinterklaasfeesten in de 19e en 20e eeuw John Helsloot Over een paar weken is het al weer zover! Dan turen overal in het land kinderen opgewonden en luidruchtig van spanning het water af of ze 'hem' al kunnen zien. Een stoomfluit doet zich horen, een hoempaband zet in en temidden van zijn springende en buitelende knechten maakt -u raadde het al- de Goedheiligman zich op om plechtig voet aan wal te zetten van Nederland, voor zijn jaarlijkse bezoek. Dat is natuurlijk een bijzonder moment, maar toch ook gewoon -om de titel van deze studiedag om te keren. Het Sinterklaasfeest hoort immers tot de alledaagse, gewone, cultuur van de inwoners van Nederland: er is niemand te vinden die zich bij dit feest niets kan voorstellen -afgezien dan van mensen die pas heel recent in ons land zijn, en zelfs dan wordt het ze gauw bijgebracht Het Sinterklaasfeest heeft natuurlijk ook een geschiedenis, en wel een hele lange. Het schilderij van Jan Steen uit de jaren zestig van zeventiende eeuw van een Sinterklaasmorgen staat u ongetwijfeld voor de geest. En er zijn nog wel oudere gegevens, zoals uit Rotterdam in 1546, waar een meisje niet in staat was, omdat precies toen haar broertje geboren werd, 'haer schoen te zetten, gelijck men op Sinct Nicolaesavont gewoon is te doen'. Omdat het Sinterklaasfeest zo'n aansprekend en herkenbaar element is van de cultuur van feest en vermaak -het thema van mijn voordracht- wil ik aan de hand van enkele voorbeelden uit de geschiedenis van dit feest, zowel uit Zeeland, en dan met name Goes, als Nederland in het algemeen, een indruk geven van de manier waarop volkskundigen of etnologen met zo'n onderwerp omgaan, welke vragen ze stellen of welke aspecten ze interessant vinden. Ik neem het Sinterklaasfeest dus als een, weliswaar willekeurig, maar goed bruikbaar voorbeeld. Sint-Nicolaasfeesten in Goes aan het eind van de 19e eeuw Eind jaren tachtig hield ik me bezig met de vraag hoe het toch kwam dat zo in de jaren 1890-1920 op veel plaatsen in het land de, onbetamelijk geachte, kermis werd afgeschaft en werd vervangen door als veel netter beschouwde volks- of oranjefeesten, met een optocht en allerlei georganiseerde spelletjes. Ik kwam er achter dat er verenigingen hadden bestaan, opgericht al eerder in de negentiende eeuw, die zich de, zoals dat heette, 'veredeling van het volksvermaak' ten doel stelden. Ik vroeg mij af -over die verenigingen was toen onder historici nog weinig bekend- wat dat voor verenigingen waren. Wat waren hun activiteiten en hoe werd daarop gereageerd, wie waren de drijvende krachten daarachter en wie werden daar lid van? Om die laatste vragen te kunnen beantwoorden moet men kunnen beschikken over lijsten met namen van leden. Het bleek mij toendertijd -later merkte ik dat die soms ook wel te vinden waren in gedrukte jaarverslagen- dat die alleen in het Zeeuwse Goes, waar ook zo'n vereniging had bestaan, in het gemeentearchief bewaard werden. Dat was voor mij de doorslaggevende reden om die vereniging uit te kiezen, om nader te bestuderen. Ik maakte daarvoor niet alleen gebruik van het verdere archief van de vereniging, vooral FEEST EN VERMAAK. SINTERKLAASFEESTEN IN DE 19e EN 20e EEUW 25

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2000 | | pagina 27