Eveneens in 1441 verbiedt de keure van de vleeshouwers de verkoop van stinkend vlees. Ook hier luidt, als men betrapt wordt de dubbele sanctie: 'zo wie vercoopt stinckende vleesch. of daer me[n he]t onder vijnt. die zal verbueren. xx. sch. p(arisis). ende daertoe zal men tvleesch al dier ghelike delven, daert niement deeren en mach.'13 Op de verwerking van mest en ander afval konten we hieronder nog terug. Al met al is de oogst aan 'putteksten' nogal gering. Het staat in ieder geval in schril contrast tot het grote aantal putten dat werd opgegraven. Op het gebied van stortputten. kuilen en beerkelders vormt de archeologie dus niet alleen een belangrijke aanvulling op de bestaande historische documenten, het verschaft ons zelfs de voornaamste gegevens. aanprezen. De vervuiling, stank en in mindere mate geluidsoverlast waren niet alleen oncomfortabel, ze waren ook economisch nadelig en gevaarlijk voor de gezondheid. Nadelig, omdat de kwaliteit van de goederen die in de stad geconsumeerd, vervaardigd en verhandeld werden er 3. Milieuvoorschriften Op een ander voorbeeld van de samenhang van archeologische en lokaalhistorische gegevens in Sluis kunnen we wat dieper ingaan, al is het wat minder direct, dus algemener van aard. Het sluit niettemin duidelijk aan op zowel de vele gevonden putten (en de inhoud daarvan) als de genoemde artikelen van de gildekeuren. Bovendien werpt het een helder licht op wat we in zekere zin met een modem woord milieubewustzijn kunnen noemen. Het bewustzijn namelijk dat zonder maatregelen ten aanzien van afval, Sluis al snel onleefbaar zou worden. Er vonden in de stad immers allerlei activiteiten plaats die gepaard gingen met de nevenproductie van afval: het slachten van vlees, het reinigen van vis, het brouwen van bier, het looien van leer, enz. Bij al deze bezigheden kwam afval vrij. En dat allemaal op een beperkt stadsoppervlak, omringd door muren, wallen en grachten, op een compact grondgebied waar veel mensen dicht op elkaar woonden. Er was bovendien uiteraard niet alleen sprake van afval als gevolg van economische activiteiten, maar ook van vuilnis door normale, dagelijkse handelingen: etensresten, poep van mensen, mest van dieren, stof en aarde. En niet alleen afval, ook, zoals we reeds gezien hebben, stank. En wat te denken van het lawaai: klokgelui, het ratelen van karren, kooplui die op de markten hun waren om het hardst De verkoop van verschillende soorten vis. Onder rechts is duidelijk te zien hoe de kwaliteit van de vis minutieus wordt gekeurd. Tekeningen uit Ulrich Richeltals Konzils-chronik, begin 15de eeuw. 14

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2000 | | pagina 16