Lange Noordstraat, Hofplein, Wagenaarstraat, Balans, Bogaardstraat en Blinde Hoek - een buurt
voor notabelen en leden van de magistratuur. Kleurrijke mensen hebben er gewoond, zoals Jacob
van Reigersberg. Johan Adriaen van de Perre en zijn gemalin Jacoba van den Brande, Jacob
Hendrik Schorer; mensen die in hun tijd een stempel op bestuur van stad en provincie wisten te
drukken. In 1838 kwam de formele magistratuur in het pand, toen de rechtbank erin werd gevestigd,
een situatie die ophield met de verhuizing van de rechtbank naar de Kousteensedijk en de komst van
het nieuwe Zeeuws Archief. Ook al is er in de loop van de tijd het een en ander aan het gebouw
vertimmerd, toch zijn nog middeleeuwse delen aanwezig uit de tijd dat het Duitse Huis er stond. En
van het luxueuze stadspaleis dat Johan Adriaen van de Perre liet bouwen op deze - ook door hem
als historisch beschouwde - plaats, zijn nog vele fraaie delen over. Een bezoek meer dan waard. In
dit boek vond men blijkbaar dat de geschiedenis van de afzonderlijke archieven niet kon ontbreken.
Zowel het voormalig Middelburgs Archief, het Archief van Veere als het Rijksarchief passeren
uitgebreid de revue. Het is overigens wel grappig dat een archief zichzelf beschrijft en zo bijdraagt
aan de eigen collectie. Dat er ook nog verschil van inzicht kan zijn tussen de auteurs die aan
hetzelfde onderwerp bezig zijn, blijkt uit het onderzoek naar de plaats van Van de Perres
planetarium. Terwijl de bouwhistorici menen dat de bibliotheek, waar Van de Perre meer
meetinstrumenten had aangelegd, te klein was voor een planetarium, is Zuidervaart van mening dat
het er juist wel moet hebben gestaan en voert hier ook enkele bewijzen voor aan.
Het boek ziet er zeer fraai uit met veel kleurrijke afbeeldingen en het is mooi vormgegeven. Jammer
dat de lettertjes zo klein moesten uitvallen, want nu worden de ogen al na een paar bladzijden moe.
Aan de verhalen zelf ligt dat niet. Het boek is geschreven door diverse auteurs, die allemaal hun
deskundigheid hebben ingebracht. Zoals wel vaker gebeurt met boeken waaraan zoveel
verschillende auteurs meewerken, is er een groot verschil in schrijfstijl. De een weet de door hem
of haar behandelde periode of het onderwerp volledig tot leven te wekken, een ander heeft daar
meer moeite mee. Vooral de bouwhistorici hebben moeite boven de beschrijvingen van de ruimten
uit te stijgen. De in dit boek gepubliceerde onderzoeksresultaten van Peter Henderikx verdienen een
speciaal woord van waardering. Door archiefvondsten in Utrecht is het hem gelukt de mist die over
het Duitse Huis hing te laten optrekken. Daarmee heeft hij een bijzonder stukje Middelburgse
geschiedenis aan de vergetelheid weten te ontfutselen.
Robbert Jan Swiers
Robbert Jan Swiers, Tussendijks. Natuur in Zeeuwse polders
(Middelburg: provincie Zeeland, 2000). 56 biz., ills, in full
color, lit. opg. ISBN 90-71565-63-7, prijs 12,50.
Deze eerste uitgave in de nieuwe natuurhistorische reeks van de
provincie Zeeland kreeg al ruime aandacht in de Zeeuwse
media; door de historisch-geografische inslag van dit deeltje
verdient het echter ook signalering in Nehalennia. Het succes
van de cultuurhistorische reeks - negen uitgaven tot heden, en
gestage herdrukken - inspireerde kennelijk tot het opzetten van
deze nieuwe reeks gewijd aan de Zeeuwse natuur. Robbert Jan
Swiers, voorlichter bij de provincie, nam daarvan de eerste
uitgave voor zijn rekening: een vlot verteld en rijk geïllustreerd
relaas over het natuurhistorisch reilen en zeilen van de Zeeuwse
polders. De landschapsgeschiedenis krijgt een ruime plaats
toegemeten: Swiers behandelt in kort bestek de genese van het
Tussendijks
36