minder bekend. Ans Amoldus merkte bij het voorlezen aan haar eigen kinderen 's avonds in bed, dat dit dikwijls eindigde in een zeurpartij om nog één bladzijde extra, en als die spannend eindigde moest er kost wat kost nóg een gelezen worden. De oplossing zag zij in korte hoofdstukjes. Die waren net lang genoeg voor een avondsessie en als ze goed afgerond werden gaven ze geen reden aan een tweede hoofdstuk te beginnen. Zo begon zij aan de serie meisjesboeken Tillie en Ti ff ïe19, die uit zes deeltjes bestaat. De hoofdfiguur is het meisje Tillie; de Yorkshire-terriër van dochter Arnoldus inspireerde de auteur tot de hond Tiffie in de boekjes. Het eerste deeltje gaat over Tillie, Tiffie en een vriendinnetje Loesje. Het bijzondere is dat Loesje verlamd is maar nergens wordt daar zielig over gedaan of extra de aandacht op gevestigd. Loesje speelt enthousiast mee, alleen wel zittend in haar stoel. De serie is vertaald in het Duits. Er kwamen nog meer boekjes, zoals Annebel en Annebel en haar pony, Tim en de muis gevolgd door Tim en zijn hond. Mevrouw Amoldus biechtte na een complimentje over de series op dat haar man toch een beetje geholpen had: hij vond haar stijl soms maar een 'tante-betje-stijl'. Dat neemt niet weg dat de boekjes gemakkelijk en graag gelezen worden door kinderen vanaf zes jaar, en voor drie- of vierjarigen zijn ze heel geschikt om voor te lezen. Het echtpaar Amoldus, ook bij het schrijven partners. Johannes Hendricus Willem Amoldus is zo lang mogelijk actief gebleven. Zelfs toen hij ziek was bleef hij plannen maken. Liefst had hij nog veel schoolboeken geschreven, naslagwerken en boeken waarin hij de aandacht wilde vestigen op ons waarden- en normenpatroon, waar hij zich de laatste jaren zorgen om maakte. Een man, gestorven in het harnas. 17

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2004 | | pagina 19