Veldwerk in 1994. Links Henk Hendrikse (Provinciaal Depot voor Bodemvondsten), rechts de auteur. Op de achtergrond de walradartoren bij Waarde (foto Niek Beeke). Gedegen onderzoek Archiefonderzoek en bestudering van cartografisch materiaal wees al gauw uit dat we hier te doen hadden met het in 1682 verdronken dorp Valkenisse. Het enthousiasme over deze ontdekking ging tevens gepaard met een probleem: hier gaf de zee ons een verdronken dorp waarvan de resten nu begonnen bloot te spoelen, terug, maar zij bedreigde die overblijfselen tegelijkertijd door de eroderende werking van de getijdenbeweging in de altijd woelige Westerschelde. Als er niets werd ondernomen zou er echter een gouden kans voorbij gaan om onderzoek te doen naar deze tijdcapsule. Nog nooit was er gedegen archeologisch onderzoek gedaan naar de verdronken dorpen in Zeeland en zelfs de bijna legendarische stad Reimerswaal heeft nooit de belangstelling van archeologische zijde gekregen die ze verdiende. Het bij eb gemakkelijk bereikbare verdronken dorp Nieulande in de Oosterschelde, waar al in de 19de eeuw naar archeologica werd gezocht, was inmiddels vooral door de komst van de metaaldetector een 'hunters paradise' geworden, onder meer vanwege de vele vondsten van profane en religieuze insignes, maar ook daar was slechts sporadisch archeologisch onderzoek gedaan. Het bodemarchief ter plaatse was inmiddels door het vele spitten voor een groot deel verstoord. Dit lot wilden we Valkenisse besparen. Overleg volgde. Besloten werd slechts de blootgespoelde resten in kaart te brengen en daarbij zo weinig mogelijk te graven omdat daarmee de bodemstructuur vernietigd zou worden en de erosie des te meer vat zou krijgen op het terrein. Het zou dus een niet-destructief onderzoek worden. 14

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2004 | | pagina 16