aan de vishaak bijten
zich laten vangen, toehappen
achter het net vissen
te laat komen - de waarheid niet kunnen
achterhalen
de grote vissen eten de kleine
de ondergeschikten moeten doen wat de baas
zegt
een visje verschalken
een kleinigheid meepikken
boter bij de vis
betaling bij de levering
in zulk water vangt men zulke vissen
van dat slag volk mag men dat verwachten
in zulke vijvers vangt men zulke vissen
van dat slag volk mag men dat verwachten
mossel noch vis
noch het een noch het ander - goed noch slecht
leven als een vis in het water
totaal tevreden en onbekommerd leven
als een vis op het droge (of op zolder)
bekommerd en ontevreden leven
naar iets vissen
iets trachten te achterhalen
vis noch vlees
noch het een noch het ander
vissenbloed hebben
koudbloedig zijn, weinig gevoel hebben, niet
gauw koud hebben
voor een vissers deur vissen
vergeefse moeite doen
zo gezond als een vis
heel gezond
vis moet (wil) zwemmen
bij een goede maaltijd hoort een goed glas wijn
(bier)
een klein visje een zoet visje
een klein voordeel of winstje dat ook met
weinig moeite is verkregen
een goeie vis moet drie keer zwemmen in
het water, in de boter of kookvocht en in de
wijn
vis laat de mens zoals die is
vis eten is goed voor je
hij kan zwemmen als een vis
iemand die zeer goed kan zwemmen
zo stom als een vis
iemand die geen woord zegt
eet vis als het er is
laat u de kans niet ontnemen een vers visje te
verschalken als er aanbod is. Vis moet je niet
lang bewaren
alle vis is geen bakvis
niet alles is even dienstig (of handelbaar of
lekker)
die is vis
die is dronken
de grote vissen eten de kleine
de grote (mensen) verdringen de kleine of
geringen
waar geen vis is, is haring ook vis
je moet voor alles moeite doen
wie slaapt, vangt geen vis
idem
de vis aardt naar de zee
het vereist grote en zware offers
de vis wordt duur betaald
idem
die vis heeft moet ook de graat hebben
je moet ook de nadelen accepteren (geen rozen
zonder doornen)
hoe meer vis, hoe droever water
als er meer mensen komen valt er minder te
verdelen (erfenissen)
bezoek en vis blijven drie dagen fris
je moet geen gasten te lang laten logeren want
dan ga je je aan hun gewoonten ergeren
vis begint aan de kop te stinken
als een bedrijf een slecht management heeft
hij gaat de visjes voeren
hij is zeeziek en moet overgeven
achter het net vissen
te laat komen
vis van Schmidt, ruik je niet
die vis is spartelvers
met hem kun je gaan vissen
een prettig persoon in de omgang
hij heeft met een zilveren (of gouden) hengel
gevist
die heeft vis gekocht in plaats van gevangen.
Ook: met bedrog zijn doel bereiken
aan een goede visser ontsnapt ook wel eens
een aal
zelfs de besten kunnen foutjes maken
een visje uitgooien
iets proberen te ontdekken
69