Rectificatie
hoe meer vis hoe droever water
vele varkens maken de spoeling dun
wie slaapt vangt niks
je moet wel opletten
hij vaart de haring over de kop
hij schiet zijn doel voorbij
hij is lelijk ten haring gevaren
hij heeft zwaar pech gehad
het is alle dagen visdag maar geen vangdag
als de buit of vangst tegen valt
wie 's nachts vist moet overdag zijn netten
drogen
roes uitslapen
een visje uitgooien
proberen of ergens belangstelling voor bestaat
er is tuk aan de hengel
hij heeft beet (krijgt zijn zin)
een Kampersteur
een domme streek
de vis aardt naar de zee
je kunt wel zien waar hij vandaan komt
hij is niet zuiver op de graat
hij is niet te vertrouwen
Salu mao weer ee
als de vis goedkoop is stinkt ze
de herkomst ergens van is niet te vertrouwen
vis laat de mens zoals hij is
van vis eten wordt je niet dik
de vis is de boet niet weerd
het sop is de kool niet waard
haring of kuit
van de hoed en de rand willen weten
beter rapen aan eigen dis dan elders vlees
of vis
Oost West thuis best
de boer eet vis als het spek op is
Je moet tevreden zijn met wat je hebt
het kan niet altijd kaviaar zijn
niet elke dag is een topdag
die heeft een graat in z'n keel
hij is (spreekt) bekakt
van december tot maart is de schol de pan
niet waard
platvis moet je in de zomer eten
platvis eet je met de ramen open en rondvis
met de ramen dicht.
m.a.w. platvis is een zomervis en rondvis is in
de winter op z'n best.
Kees Fraanje
Het verhaal 'Merien Vermue' in de vorige Nehalennia. nummer 149. is geschreven door
Jan Israël uit Valkenswaard over zijn jeugd in Driewegen op Zuid-Beveland.
72