Seine bouwde om zo de toegang tot de rivier onder controle te houden74. Op datzelfde eiland richtte
Gudrödr later dat jaar zijn kamp in. Blijkbaar waren er korte lijnen tussen de verschillende
aanvoerders met een Walcherse achtergrond. Het kamp van Gudrödr werd belegerd door
contingenten van Karei de Kale en Lotharius. Dit gezamenlijke optreden van beide vorsten
onderstreept hun gemeenschappelijke belang, namelijk de bestrijding van de in beide deelrijken
operende bende, de uit de Scheldemonding afkomstige Scaldingi.
De belegering werd een mislukking. Wel meende Karei nog een slimme zet te kunnen doen door
buiten Lotharius om onderhandelingen met Gudrödr te beginnen. Hij bood de Deen land aan, naar
we mogen aannemen het Zeeuwse kustgebied, in ruil voor zijn trouw75. Het zou Karei weer enige
grip hebben verschaft op het hem ontnomen gebied. Kareis bevestiging aan de Sint-Baafsabdij van
bezittingen in het gebied lijkt vooralsnog een loos gebaar76. Pas jaren later, met de Verdeling van
Meerssen in 870, zou West-Frisia, waaronder het Zeeuwse kustgebied moet worden gerekend,
formeel in handen van Karei de Kale komen.
Behalve enige grip op het betwiste Zeeland bood een bondgenootschap met een lid van de Haraldr-
clan mogelijkheden voor Karei om in Midden-Francië te intrigeren. Maar Gudrödr bedankte voor
de eer en richtte zijn pijlen weer op Oost-Frisia, het verloren gebied van zijn vader. Volgens Dudo
zou Hrollaugr het aanbod van de West-Frankische koning Karei de Eenvoudige om hem een gebied
in Vlaanderen over te dragen, hebben afgeslagen77. Wellicht kunnen we hierin een reminiscentie aan
het door Gudrödr geweigerde aanbod herkennen, door Dudo in een compilatie van hem bekende
gegevens verwerkt. Ook als volgens Dudo de Frankische koning zijn dochter Gisla als bruid aan
Hrollaugr schenkt, kunnen we daarin een verwisseling met Gudrödr zien78. Want deze laatste kreeg
na zijn verbond met Karei de Dikke in 882 de Karolingische prinses Gisla tot bruid79. Karei de
Eenvoudige had geen dochter met een dergelijke naam.
Karei de Kale, ca. 870-
875. Bijbel van de abdij
van San Paolo fuori le
mura, Rome.
14
