mm
5^.Z -
Vikingaanval op de kust van Engeland in
865. Uit een 12de-eeuwse Engelse kroniek
{Pierpont Morgan Library, New York).
Met de toenemende grootte van het leger nam ook de behoefte aan goederen en leeftocht toe. Daar
konden de uitgeplunderde kuststreken vaak niet meer in voorzien. Met succes werd daarom een
nieuwe tactiek beproefd, waarbij versterkte kampen in het binnenland en het gebruik van paarden
een belangrijke rol speelden. Het belang van versterkingen op eilanden in riviermondingen, zoals
op Walcheren, was afgenomen. Al in 863 hadden piraten zich op het Rijnland gericht en Xanten
geplunderd. Tijdens schermutselingen met het Frankische leger kwam hun leider Kalbi om het
leven92. Van de groep die in 864 naar het Rijnland kwam, weten we dat deze waarschijnlijk van
Walcheren afkomstig was. Het is dan aannemelijk dat we ook al in 863 met hen te maken hebben.
Te meer omdat Hroerekr zich bij die gelegenheid opwierp als bemiddelaar tussen het Frankische
leger en de piraten, waarvan hij een aantal gekend moet hebben. Want een deel van hen zal tot zijn
voormalige gevolg behoord hebben en wellicht kon hij nog enig gezag doen gelden. De gesneuvelde
Kalbi kan dus van Walcheren afkomstig geweest zijn.
West-Frisia was krachtens het Verdrag van Meerssen na de dood van Lotharius II in handen van
Karei de Kale gevallen, mede dankzij het verbond dat hij op voorhand met Hroerekr had gesloten.
Maar het was deze Deen niet gelukt om zijn gezag over het Zeeuwse kustgebied te laten gelden. De
West-Frankische koning probeerde, meer nog dan Lotharius, controle over het gebied te verkrijgen.
Toen hij in 872 besprekingen voerde met Hródulfr, de broer van Gudrödr, kan dat heel goed
hierover gegaan zijn. Maar die besprekingen liepen op niets uit. De Deen zou met zijn 'verraderlijke
intriges te hoge eisen gesteld hebben' en Karei moest zijn getrouwen toerusten zich te verdedigen
tegen zijn aanvallen93. Blijkbaar hield Hródulfr zich in West-Frankisch territoir op. We moeten dan
17
