74 AB 851, 80: Chronicon Fontanellensis, 303-304.
75 AB 853, 82; AF 850, 40.
76 de oorkonde is gedateerd in het 25ste regeringsjaar van Karei, ofwel 864. Koch. 1970. no. 19.
77 Lair, 1865, c.12"
78 Lair, 1865, c. 13.
79 Regino chronicon, zie Rau. 1960. 264; Gisla was een dochter van Lotharius II.
80 Flodoard, zie Migne 135 (1879), col. 241: OSU 73, zie Muller en Bouwman. 1920, 79-80.
81 Perels. 1925, 274: Baldiiinus se impiis Nortmannis et inimicis ecclesiae sanctae coniungat.
82 Gysseling, 1971Archeologisch onderzoek heeft aangetoond dat Brugge al ver voor de negende eeuw bestond, mogelijk
Rugja (naar een vroege benaming van de Reie) geheten, zoals door Gysseling is voorgesteld. Dan is de contaminatie
van Rugja en het ON bryggja een aanwijzing voor de grote Scandinavische invloed op Brugge.
83 D'Haenens. 1967. 109.
84 AB 850. 76; AB 851, 80; AB 852, 82: AB 859, 98: Miracula s. Bertini, zie Holder-Egger, 1887. 509.
85 AB 864, 138.
86 Rau. 1958.4.
87 Gesta episcoporum Virdunensiumzie: Waitz 1841, 45. Nadien vernemen we niets meer van goederen op Walcheren
van de bisschop van Verdun, deze lijken later weer aan de kroon te zijn teruggevallen.
88 Dekker. 1971,57, n. 14.
89 AB 864. 138: incerta petierunt, AX 864, 354.
90 ASC 866 [=865]; ASC 867; historia the sancto Cuthberto, zie lohnson South, 2002. 50-52; Annales Lindisfamenses.
zie Pertz, 1866, 506.
91 ASC 878.
92 AB 863, 116; AX 864, 354.
93 AB 872, 226.
94 AB 864, 128.
95 frumento, vino atque lardo oneratas, Lair, 1865, 150.
96 D'Haenens. 1967, 268-269.
97 Het riviertje Het Schijn liep, toevallig of niet. langs de hiervoor genoemde waard met de naam Holma. bij Merksem.
98 AX 873, 368-370.
99 Haraldz saga ins hdrfagra. in Heimskringla, zie Jónsson. 1911, 55-56.
100 De Vries, 1923, 396.
101 Scaldi Rollo duce possident Nonnanniam, zie Annales Lindisfamenses. in Pertz. 1866. 507.
102 Gosses, 1917, 102-107.
103 Dekker. 1971, 389.
104 Gosses, 1926. 48-70, speciaal 60-63.
105 Foote and Wilson, 1970. 123-124.
106 Lund. 1997.
107 De indeling in scheepsdistricten kwam niet in Mid- en Oost-Frisia voor.
108 AB 867. 166.
109 Ook het voorkomen van hercogglien in de Vier Ambachten in Zeeuws Vlaanderen lijkt een geïmporteerd fenomeen.
110 Dekker. 1971.450-451.
111 De door Gosses (1926, 63) voorgestelde afkomst van hevene van het Oud-Noordse hofnar (haven) lijkt te gezocht.
112 Koene, 1997.
113 Mogelijk wilden ze er wel foerageren, zoals Henderikx (1995, 111) opperde.
114 Dekker. 1971.9.
Literatuur
Arnold. T.. Symeonis monachi opera omnia I (Londen 1882).
Besteman. I.C., 'Scandinavisch gewichtsgeld in Nederland in de Vikingperiode', Cordfunke, E.H.P.K. Sarfatij, H., Van
Solidus tot Euro (Hilversum 2004). 21-42.
Biddle. M.. Kjplbye Biddle. B.. 'Repton and the 'great heathen army', 873-4'. Graham-Campbell, J. et ai. Vikings and
the Danelaw. Select Papers from the Proceedings of the Thirteenth Viking Congress (Oxford 2001), 43-96.
Blok. D.P., De Franken (Bussum 1968).
Boretius, A., en Krause. V.. 'Capitularia regum Francorum' II. Monunxenta Germaniae historica, Legum 2, Capitularia
regum francorum 2 (Hannover 1887).
Braat. W.C., 'Zeeland in de Vikingtijd'. Archief uitgegeven door het Zeeuwsch Genootschap van Wetenschappen (1954),
135-147.
Dekker, C., Zuid-Beveland. De historische geografie en de instellingen van een Zeeuws eiland in de middeleeuwen (Assen
1971).
Foote, P. and Wilson. D.M., The Viking Achievement (Londen 1970).
Garmonsway, G.N., The Anglo-Saxon Chronicle (Londen 1953).
Gosses, I.H.. De rechterlijke organisatie van Zeeland in de middeleeuwen (Groningen/Den Haag 1917).
Gosses, I.H., Welgeborenen en huislieden. Onderzoekingen over standen en staat in het graafschap Holland (Groningen/Den
22
