maar leverde zelf regelmatig verhandelingen over het dialect aan. In 1986 werd op zijn initiatief
binnen deze vereniging ook een streektaalcommissie opgericht. Deze had als eerste doelstelling het
iialectonderwijs op de basisscholen en in het voortgezet onderwijs te stimuleren. Middelen die men
Jaartoe wilde inzetten waren het inrichten van een streektaalwerkplaats en het uitgeven van een
leesboekje in het dialect, bestemd voor het lager onderwijs. De Vin bedoelde met een
streektaal werkplaats' een soort documentatiecentrum met betrekking tot het dialect van Schouwen-
Duiveland. Zo'n streektaalwerkplaats zou dan toegankelijk geweest moeten zijn voor scholen en
belangstellenden daar buiten.
3e effecten van de goedbedoelde pogingen om het dialect wat meer aanzien te geven waren
ninimaal. Leerkrachten, veelal afkomstig uit andere delen van het land, gaven weinig of geen
nedewerking. Zij meenden dat het bevorderen van het dialect tot taalachterstanden zou leiden. Ze
ladden natuurlijk nog geen kennis kunnen nemen van de onderzoeken van de eerder in dit artikel
tangehaalde taalkundige Bart Hollebrandse.
Regiolect
Als ik terugga in mijn herinnering naar 1965, toen ik het eiland verliet om mij elders voor studie te
vestigen was het in die tijd zo dat men aan het taalgebruik van dialectsprekers op het eiland
duidelijk kon waarnemen of iemand van Schouwen of van Duiveland kwam, sterker nog, men kon
n veel gevallen op basis van het taalgebruik ook vrij nauwkeurig vaststellen uit welk dorp een
aalgebruiker afkomstig was.
3ij mijn terugkeer op het eiland in 1992 viel mij op dat de diverse plaatselijke dialectvarianten
ïauwelijks meer te onderscheiden waren. Wel moet opgemerkt dat een en ander niet geldt voor het
dorp Bruinisse. Onlangs bemerkte ik dat nog eens duidelijk toen ik in Zierikzee een bezoek bracht
aan een notariskantoor. Toen de noodzakelijke handelingen bij notaris en klerk waren gepasseerd,
icon ik niet nalaten om aan de jonge notarisklerk te vragen of hij soms uit Bru kwam. Inderdaad
bleek hij daar vandaan te komen. Ondanks het feit dat hij zich heel correct standaardtalig, en wat
zou men anders kunnen verwachten op een notariskantoor, uitdrukte, was zijn specifieke Bruse
tongval nog duidelijk waarneembaar. Maar Bruinisse en andere vissersplaatsen kenmerkten zich
altijd al door het feit dat hier sprake was van tamelijk gesloten sociale gemeenschappen. Dat een
dergelijk verschijnsel zich ook manifesteert in het langer vasthouden van het oorspronkelijke dialect
hoeft verder geen betoog.
De overige lokale dialecten op het eiland zijn echter steeds meer ontwikkeld tot een regiolect. Onder
regiolect verstaan we de sterk door de standaardtaal beïnvloede vorm van dialect. Uit het oude
dialect zijn de locale eigenaardigheden verdwenen en ze hebben plaatsgemaakt voor een vorm van
dialect dat in een groter gebied wordt gebruikt (Hoppenbrouwers 1990).
Het taalgebruik binnen een groter gebied wordt als het ware een grootste gemene deler van de
oorspronkelijke onderscheiden dialecten binnen de betrokken dialectengroep. Je zou kunnen
spreken van een dialectisch getinte taalvariëteit.
Zoals ik al eerder in mijn betoog aangaf is er duidelijk sprake van structuurverlies in het dialect.
Deze ontwikkeling wordt veroorzaakt doordat de druk van de standaardtaal is toegenomen door
onder andere de eerder genoemde oorzaken. Het ging hier om extralinguïstische buiten de taal
gelegen) invloeden van diverse aard.
De wegen waarlangs, volgens De Vin (1952), de standaardtalige invloeden op Schouwen-
Duiveland hun intrede deden, waren: vanuit Rotterdam naar het stedelijke centrum Zierikzee en van
daaruit via school en marktverkeer naar de andere delen van het eiland.
Ook voor het tijdperk na de dissertatie van De Vin is mijn inziens deze gang van zaken van
toepassing, zij het dan nog uitermate versterkt door de eerder in dit artikel genoemde sociaal-
21